Oliewelvaart begint steeds meer als cliché verhaal te klinken

Aan de pomp betalen wij torenhoog voor benzine

Burgers hebben tegenover Dagblad Suriname hun misnoegen geuit over de steeds weer herhaalde aankondigingen van welvaart na elke offshore olievondst. “Wij betalen torenhoog aan de pomp en de aankondigingen van de president klinken als niets anders dan luchtkastelen”, stelt een verontruste mevrouw. Haar man voegt eraan toe: “Wij merken niets van de vondsten en hebben niets aan de verhalen. De praktijk is helemaal anders.” Een andere burger stelt: “Wij kunnen niet van de verhalen overleven. Wat doet de regering voor ons? Wij merken bitter weinig tot niets daarvan.”

Aankondiging vondst

President Chan Santokhi noemde eergisteren de significante olievondst door APA Corporation in Blok 59 een teken aan de wand voor meer goed nieuws en kijkt uit naar de Final Investment Decision (FID). De regering werd geïnformeerd door de leiding van Staatsolie over de ontdekking van olie in ‘Krabdagu’.

De leiding van Staatsolie gaf ook aan de president door, dat samen met de reeds eerder in het Sapakara reservoir bevestigde hoeveelheid, aangenomen mag worden, dat deze vondst de FID dichterbij brengt. Ook zou er zelfs een mogelijkheid zijn voor een grotere productie dan eerder gepland. Belangrijk is nu dat er is aangetoond dat er aantrekkelijke mogelijkheden zijn wat betreft deze en andere voorraden in dit gebied. Hierdoor is ook de deur verder open voor het bespreken van andere commerciële mogelijkheden, meldde de Communicatie Dienst Suriname.

Geschatte verdeling inkomsten

“Inkomsten uit het eerste diepwater productie veld. In de loop van de jaren zullen meerdere van zulke olievelden in ons diepe-water tot productie worden gebracht. Staatsolie heeft een redelijke kennis en staf om de belangen van het volk op de juiste manier te dienen.” Dit zei voormalig Staatsolie-directeur Eddie Jharap eerder. 

Aardolie-Productie 

Een optimistisch scenario van Jharap ziet er als volgt uit; 

Olieproductie in barrels: “Stel dat over 5 jaar de olieproductie in zee begint en de dagproductie opgevoerd wordt naar gemiddelde 500.000 barrels per dag. In dat geval krijgen we een bruto-olieproductie in de eerstvolgende vijf jaren van in totaal: (500,000 barrels x 365 dagen x 5 jaar) = 912,500,000 barrels. 

Bruto-opbrengst in US dollars: “Stel dat de prijs van de ruwe olie gedurende die periode gemiddeld US$ 50 per barrel zal bedragen. De totale inkomsten voor de eerste vijf jaren zijn dan: 912,500,000 (bls) x 50 US$ = US $45.625.000.000.”

Royalty Inkomsten: “De eerste inkomsten zijn royalties voor Suriname. Suriname krijgt zonder enige kosten 6,25% van elke barrel. De royalty is in de Petroleumwet van 1990 vastgesteld op 6.25% voor elke barrel. Dat levert het ministerie van Financiën in 5 jaar op: US $ 2.851.562.500.” 

Winst Olie en Winstbelasting uit Olieproductie: “In de eerste vijf jaren productie zal jaarlijks tot maximaal 75% van de bruto-inkomsten gebruikt worden voor terugbetaling van de investeringskosten en de operationele kosten. Kosten die overblijven worden overgeheveld naar de volgende jaren. Alle toegestane betalingen en royalty komen samen (75% + 6,25%) op 81,25% van de bruto opbrengst. Volgens contract blijft dan 18,75% van de omzet over als Winst-olie (100% – 81,25 % = 18,75%) en dat is US$ 8.554.687.500. Over dit bedrag moet 36% winstbelasting aan de Staat worden betaald, dat is: US$ 3.079.687.500.”

Winst-aandeel Staatsolie: “Staatsolie als concessiehouder krijgt minimaal 20% van de Nettowinst Olie. (US$ 8.554.687.500 – (US$ 3.079.687.500)) x20% = US$ 1.095.000.000. Als de investeringskosten na vijf jaar terugbetaald zijn, zal het aandeel van Staatsolie dramatisch toenemen.”

Totaal Suriname: 2025-2030. Royalty (US$ 2.851.562.500) + Winstbelasting (US $3.079.687.500) + NettoWinst Staatsolie (US$ 1.095.000.000) = Totaal: $7.026.250.000. Circa 7 (zeven) miljard US-dollars. 

error: Kopiëren mag niet!