Een burger (naam bij de redactie bekend) heeft Dagblad Suriname onlangs benaderd met haar mening omtrent het werken binnen het landsdienaren apparaat, met name binnen het onderwijsveld.
In Suriname is het namelijk zo dat mensen die nog geen 60 jaar zijn, maar wel 35 dienstjaren hebben bereikt, vervroegd met pensioen mogen gaan. Het is uiteraard ook mogelijk om te mogen werken tot hun 60e jaar. De burger vindt, dat degenen die hun dienstjaren al hebben bereikt, gewoon rustig thuis moeten zitten en genieten van hun pensionering. De persoon is van mening, dat men niet nog langer moet doortrekken tot hun 60e om de 40 dienstjaren te bereiken.
“Wat we zien gebeuren is, dat als men zolang blijft werken, er geen werkgelegenheid is voor jongeren die graag aan bod willen komen. Terwijl de pas geslaagden al ruim jaren ervaring konden opdoen in plaats van dat de gerechtigde gepensioneerde doorwerkt. Iemand die al 35 dienstjaren heeft en die door mag werken tot zijn of haar 60e, krijgt dan pensionering plus het normale salaris, omdat die nog in werkende functie is. En ze krijgen dan aan het eind bij 40 dienstjaren een eenmalige uitkering en dus ook normaal hun vakantiegeld”, aldus de burger.
Bij de persoon die Dagblad Suriname heeft benaderd, gaat het om het creëren van werkgelegenheid voor jongeren. Aan de minister van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur, Marie Levens is gevraagd wat haar kijk is hierop. De redactie van Dagblad Suriname heeft vooralsnog geen reactie ontvangen.
Volgens informatie van het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur krijgt men pas bij de leeftijd van 60 jaar pensioen. “Ook al heeft men 35 dienstjaren bereikt, krijgt men een normaal salaris, anders zal er vervroegd pensioen aangevraagd moeten worden. Daarbij stopt het salaris en begint het pensioen te lopen. De eenmalige uitkering is de gratificatie en die ontvang je bij 25, 30, 35 en 40 dienstjaren en dat bedrag kan oplopen tot een maand salaris”, aldus een woordvoerder van het ministerie.
SK
