Een delegatie van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft woensdag 25 mei een bezoek gebracht aan het districtscommissariaat Wanica Noord-West. Het bezoek mag gezien worden als aanloop naar het versterken van de band tussen Nederland en Suriname. De delegatie bestond uit VNG-voorzitter Jan van Zanen, die tevens burgemeester van Den Haag is, andere vertegenwoordigers van VNG, Maarten Beks en Irene ten Teije en werd ontvangen in de vergaderzaal van het commissariaat.
Andere aanwezigen waren de Assembleeleden Mohammad Mohab-Ali, Sidik Moertabat, Miquella Soemar-Huur en Henk Aviankoi en districtsraads- en ressortraadsleden en de bestuursdienst.
Districtscommissaris Suraksha Hirasingh gaf aan, dat de bestaande band behouden en versterkt moet worden door steeds aandacht te schenken aan deze relatie. In het kader hiervan zijn eerder succesvol projecten uitgevoerd in de periode 2002-2010. Voortzetting van de capaciteitsversterking is hierbij steeds van belang. De burgermoeder hoopt, dat dit bezoek resulteert in meerdere momenten van samenwerking, waarbij uitvoering van benodigde projecten een feit wordt.
DNA-lid Mohab-Ali specificeerde de toespraak van de districtssecretaris met het aanhalen van enkele agrarische projecten op eigen initiatief van burgers en het waterbeheer in dit ressort.
Voor de burgemeester was het een emotioneel moment om in Suriname te zijn – dit vanwege zijn verleden als geschiedenisdocent in Suriname – en tegelijk vanwege zijn positie om deel te zijn van de samenwerking tussen de twee landen.
Als belangrijkste vindt hij dat voor de ontwikkeling en vooruitgang van Suriname, vooral de wijken c.q. ressorten aan de basis moeten zijn. Daarbij is de steun van de burgers aan de uit te voeren projecten een must.
Er zijn verscheidene initiatieven van het bestuursressort belicht alsook enkele projectvoorstellen en ideeën besproken. Tot slot is er een kort veldbezoek geweest om de delegatie wat indrukken te geven van de projectideeën.