CTPP-Suriname over ontbossing: “Voorkomen is beter dan genezen”

Tijdens de maandag 16 mei gehouden paneldiscussie georganiseerd door de Vereniging van Economisten in Suriname (VES), maakte de directeur van Conservation International-Suriname (CI-S), John Goedschalk, een schatting, dat Suriname rond de 10 miljoen bomen per jaar velt.

De teamleider van het Caribbean Tree Planting Project (CTPP) in Suriname, Reinier Taus, schrikt van dit aantal. “Dit is een aantal dat we met spoed aanzienlijk terug moeten brengen”, reageert Taus. Alleen al vanwege het belang van de zuurstofvoorziening wijst Taus op de risico’s op de lange termijn. Eerder wees hij al op het belang van bomen om de biodiversiteit te vergroten, de waterhuishouding te verbeteren, CO2 te absorberen en stedelijke temperaturen te verlagen.

‘Trots’

Taus, die ook aanwezig was bij de paneldiscussie, merkt op dat Suriname nu trots is op de vermelding van 93 procent bos. Hij wijst er op dat dit een poos terug nog 97 procent was. “Toen waren wij trots op 97 procent, daarom verbaast het mij dat we nu trots zijn op 93 procent”, merkt hij op. Het baart hem ernstige zorgen, dat het woord trots wordt gebruikt terwijl er sprake is van een neergang. De teamleider van CTTP haalt aan, dat er diverse landen in de wereld zijn die ooit ook op deze manier trots waren, maar nu vele jaren later, arm in bos zijn. Taus hoopt dat mensen de neergang inzien. “CTTP was trots dat wij in een jaar tijd 1.4 miljoen bomen hebben geplant in de periode 2020-2021. Dit aantal betrof de gezamenlijke aanpak van 20 landen in de Caribbean. Maar deze trots wordt direct zorgelijk wanneer er een terugval is van 97 naar 93 procent. Want men gaat keihard door met het kappen van de bomen.”

Een tegenwaarde van ongeveer US$ 160 miljoen maakt geen indruk op Taus juist vanwege het feit dat “je daarmee het bos niet terugkrijgt. Dat wat daar in originele staat is zullen wij als mensen nooit kunnen terugplaatsen”, benadrukt hij. Voor wie nog niet wakker ligt van 10 miljoen bomen verduidelijkt Taus, dat voor hem 1 boom al teveel is. Toch doet hij wat water bij de wijn. Alleen waar het super noodzakelijk is toont hij begrip, alleen moeten we het bos niet zien als een ‘business’ laat hij weten. Taus licht toe, dat er allerlei mooie benamingen bestaan zoals ‘gereguleerd kappen’ en ‘systematisch oogsten’. “Dat zijn mooie woorden maar het komt neer op het kappen van de bomen.”

Agrarische sector

Hij zegt ook, dat iedereen moeten leren van de landen die eens trots zijn geweest op hun bos, maar nu met grote lappen kale grond zitten. De vraag die Taus stelt is hoe wij in harmonie met het bos de economie kunnen versterken. “Laten we het bos mijden en ons richten op de agrarische sector, bovendien kan je ook in de natuur planten, je hebt daar ook een humusrijke laag die bijdraagt aan een voedzamer product”, zegt Taus, die ook voedseltechnoloog is.

De aandacht voor de schade aan de natuur en aan de mens komt volgens hem doordat mensen teveel gericht zijn op de financiële kant. Daarom merkt Taus op, dat men moet kijken naar wat de natuur nu met de mens doet. “Kijk wat er nu met het klimaat gebeurt, we zijn nu aan het rennen om het klimaat onder controle te krijgen, waarom zijn wij niet wijs om hieruit te leren, want voorkomen is beter dan genezen”, merkt Taus op. Er zijn landen in de wereld met een sterk verontreinigde lucht. Taus ziet dat soort ontwikkelingen als een ernstige waarschuwing voor Suriname.

RB

error: Kopiëren mag niet!