Een bericht uit het Caribisch gebied brengt ons ertoe om de aanvankelijke positieve reactie over het visumvrij reizen naar Suriname enigszins bij te stellen. We hadden toen gezegd, dat het een positieve zaak is, maar dat er een goede database moet zijn en dat we moeten weten wie er allemaal binnenkomt. We haalden daarbij de Mocro Maffia afrekening tot in Suriname aan. Nu willen wij dat extra benadrukken aan de hand van een bericht gelanceerd in de Caribische regio. Na onderzoek van documenten die vals bleken te zijn, zal de regering van Guyana nu geen visa verstrekken aan Haïtiaanse staatsburgers die al meer dan twee maanden op Barbados wachten om Guyana binnen te komen. En dan te bedenken dat tussen de landen van de Caricom er geen visumvereiste behoort te zijn. Zo zien we, dat zoveel jaren na de oprichting van de Caribische Gemeenschap, de unie nog in haar kinderschoenen staat. De Guyanese minister van Binnenlandse Zaken heeft aangegeven dat het visum niet zal worden verleend. Er was een tijd dat Guyanezen dezelfde behandeling kregen in bepaalde landen zoals Trinidad, Barbados en vooral de Bahamas. De Guyanezen waren toen bezig hun land te ontvluchten. De 33 Haïtiaanse staatsburgers waren op 20 februari 2022 op Barbados aangekomen in de hoop een visum te krijgen om naar Guyana te reizen via een “reisbureau”.
De Haïtianen zouden zo’n 4.500 dollar aan personen in Haïti hebben betaald. Nu worden deze personen ervan beschuldigd te hebben gelogen over de voorwaarden van de reis. Uit het onderzoek is ook gebleken dat er vervalste documenten zijn gebruikt. Dan denken we aan de capaciteit zelf in ons land om vervalste documenten te herkennen. Vanwege de vervalste documenten zitten de Haïtianen al 2 maanden op Barbados en zullen ze niet naar Guyana kunnen afreizen. De volgende optie kan Suriname zijn, waar door een zeer zwak bestuur en corruptie de mensen wel toegelaten kunnen worden. Dan verdwijnen ze over de Marowijnerivier naar Frans Guyana tegen betaling in euro’s aan de bootvervoerders. Dat zal allemaal de relatie met de oosterburen op scherp zetten.
Critici zeggen nu dat visumvrij reizen naar Suriname ons tot een niveau kan brengen van een land zonder regels en doorgang naar andere landen. Dit kan voor ons grote gevolgen hebben als Surinamers. De gevolgen voor de Surinamers moeten goed overzien worden, want ons land heeft geen top security en het opengaan kan een straf worden voor de Surinamers. Als we eenmaal door bepaalde landen in de categorie gevaarlijk worden geplaatst, zullen toeristen voor gratis niet meer naar Suriname willen komen. Alles heeft een voordeel en nadeel. We kunnen liever selectief voor bepaalde landen kiezen, dan zitten wij toch goed met betrekking tot toeristen.
Nu we eenmaal over toerisme praten is het toch zaak om na te gaan wat het effect van de olie en gas zal zijn. ‘Oil and Gas’ kan toerisme helemaal kapot maken, zoals het zou gebeuren in Guyana. De olie en gas ondernemers, CEO’s en werkers hebben de weinige hotelkamers en beste appartementen gehuurd. Suriname heeft haast geen hotelkamers voor toerisme en nu is dat bijna niets meer. Maar, toerisme kwam al niet op gang in Suriname door bar slecht beleid vanuit TCT. Toerisme zou al niet veel opbrengen. Zodra Blok 7 in werking gaat met onderzoek, is er een vrees voor een ander gevolg in de trant van Guyana: alle vissen gaan weg richting Frans-Guyana. In Guyana vangen de vissers nu nog maar 20% maximaal dan voorheen. Is het daarom dat de Guyanezen zo naarstig zijn naar de visvergunningen uit Suriname? Blok 7 van Chevron is precies midden op zee voor Suriname. Overigens is voor olie en gas de vraag of de bedrijven het milieuonderzoek hebben gedaan naar de gevolgen ervan. Of is het zo, dat we alleen naar geld kijken, terwijl men zegt climate change hoog op de agenda te hebben.
In elk geval kunnen wij met betrekking tot visumvrij reizen naar Suriname stellen, dat wij de veiligheid niet hebben. Wij moeten oppassen om direct op de hoogste tray te beginnen. Landen die nu meer vrijheid en toegang hebben, zouden er jaren over hebben gedaan. We moeten oppassen om overnight grote stappen te maken zonder structuur in eigen land. De pogingen van de BIBIS-minister zijn wel historisch, ongekend progressief en in de goede richting en kunnen baanbrekend zijn, maar we moeten zaken gefaseerd aanpakken en onze capaciteit structureel steeds op orde hebben. De mededelingen moeten niet worden gedaan om daarna terug te krabbelen. We moeten onze plannen volgens een tijdlijn uitzetten en steeds de infrastructuur op orde hebben.