Holika Dahaan (verbranding) vond donderdag 17 maart plaats in verschillende buurten van Paramaribo. Traditiegetrouw heeft dit ook plaatsgevonden bij de Shri Krishna mandir aan de Lalla Rookhweg en Shri Sitaram Mandir te Helena Christinaweg. Na een bijbehorend gebed, met zang van chautal werd het vuur aangemaakt.
De bekende overlevering achter Holika Dahaan is in de geschriften van prins Prahalad. Koning Hiranjakashup waande zich onsterfelijk en door hoogmoed gedreven gebood hij de bevolking hem te aanbidden. Zijn zoon Prahalad weigerde dit echter. De koning kon dit niet verdragen en gelastte uiteindelijk zijn dood. Holika, de zuster van de koning was in bezit van onbrandbaar kleding waardoor zij in staat was vuur te overleven. Zij ging samen met haar neefje Prahalad op de brandstapel, maar de prins werd door God beschermd en Holika verbrandde tot as, terwijl hij levend van de brandstapel wegliep.
Na de Holika Dahaan mocht officieel gespeeld worden met poeder, abir en parfum zoals gewenst. De meeste Surinamers hebben het holi feest gevierd en gezamenlijk is het een kleurrijke dag met heerlijk eten en samen zijn geweest.
De leerlingen van de Peuterschool Papegaaitjes hebben ook Holi gevierd. Op de scholen wordt holi vooraf onder de kinderen gevierd en de jeugd krijgt mee van de leraren wat de betekenis is van Holi is.
(Khoesiaal P.)