Vanaf 5 maart zijn delen van het binnenland onder water gelopen. Complete woningen en gebouwen moesten het daarbij ontgelden. Volgens een bewoner uit Paramacca kan niet meer gesproken worden van ‘wateroverlast’ maar van een ramp. Hij liet eerder al weten dat in vrijwel alle 12 dorpen in de omgeving het leven veranderd is. De schade is aanzienlijk.
Volksvertegenwoordiger Fogatie Aserie van de ABOP laat in een reactie weten, dat de regering zich inspant voor de getroffen gebieden. De eerste hulp wordt geboden, zo meldt het Assembleelid, maar merkt wel op dat meer hulp nodig is.
“De mensen vinden het erg dat zo een overstroming ze overkomt. Het is triest om te zien”, zegt Aserie. De tijd waarin wij leven is niet goedkoop. Aserie laat weten, dat er nog geen informatie is over het vergoeden van verloren materialen. “Er moet nog een rampenplan komen zodat hulp geboden kan worden aan de mensen ten aanzien van de zaken die zij verloren hebben.” Aserie pleit voor de ondersteuning op dit gebied. Hij verwijst in dit verband ook naar vicepresident Ronnie Brunswijk. “Hij leeft echt mee met de mensen”, aldus het parlementslid. “Ook hopen wij dat de president de mensen gaat bezoeken”, merkt hij op.
Verhuizen
De afgelopen dagen is vanwege de omvang van de overstroming vaak het woord ‘verhuizen’ gevallen. Het Assembleelid vraagt zich af wanneer de mensen dan over een woonhuis zouden moeten beschikken. Aserie noemt dat geen gemakkelijke zaak om een stuk terrein en woning voor de mensen binnen korte tijd gereed te hebben. Bovendien kost verhuizen geld, zo liet ook een bewoner eerder al weten. Net als de bewoners noemt Aserie de overstroming een ramp.
RB
