Minister Riad Nurmohamed van Openbare Werken (OW) heeft onlangs in samenwerking met het ministerie van Financiën en Planning groen licht gegeven voor het verrichten van achterstallige betalingen. Aannemers die in de afgelopen periode maaiwerkzaamheden hebben uitgevoerd in opdracht van de Wegenautoriteit Suriname, worden uitbetaald.
Afgezien van deze groep worden ook andere aannemers uitbetaald die tijdens de watercrisisperiode vanaf april tot november 2021 werkzaamheden hebben uitgevoerd in opdracht van de clusterministeries Openbare Werken (OW), Landbouw, Veeteelt & Visserij (LVV) en Regionale Ontwikkeling & Sport (ROS).
Maaiwerk gaat uitgevoerd worden door Openbaar Groen en Afvalbeheer, niet meer door Wegenautoriteit
Bij de Wegenautoriteit Suriname (WA) gaat het om aannemers die destijds maaiwerkzaamheden hebben uitgevoerd. Na de overname door de nieuwe Raad van Toezicht (RvT) in november 2020 werden tal van achterstallige betalingen bij de Wegenautoriteit aangetroffen. Het besluit is toen genomen om een gedegen inventarisatie te maken en waar nodig een onderzoek in te stellen naar de gang van zaken rond het afsluiten van contracten. Na het afronden van het onderzoek is met de minister van Financiën en Planning afgesproken de betalingsachterstand iedere maand in delen beschikbaar te stellen, teneinde dat aannemers geleidelijk aan in enkele termijnen de betalingen kunnen ontvangen. De bewindsman heeft inmiddels besloten dat maaiprojecten niet meer door de Wegenautoriteit Suriname zullen worden uitgevoerd, maar door het directoraat Openbaar Groen en Afvalbeheer (OGA).
Naar aanleiding van de hevige regenbuien en de enorme wateroverlastproblemen zijn van april tot en met november 2021 verschillende werkzaamheden landelijk uitgevoerd om de watercrisis in die periode te minimaliseren. Dit gebeurde in opdracht van de clusterministeries.
De schadekosten als gevolg van wateroverlast waren opgelopen tot ongeveer SRD 120 miljoen, waarvan de regering start met uitbetalingen in twee fasen. Bij de eerste fase wordt een bedrag van 60 miljoen binnenkort uitbetaald, terwijl het resterende deel wordt uitbetaald, zodra de begroting van 2022 is goedgekeurd. De totale schuld kan niet ineens worden betaald aan de uitvoerders van de werkzaamheden, omdat de middelen niet voorzien waren op de begroting. De minister van Financiën en Planning heeft deze zestig miljoen vrijgemaakt uit zijn besparing.
De ministeries bedanken de aannemers voor het geduld dat ze hebben opgebracht.