De leef- en grondgebieden waar inheemsen reeds eeuwenlang op wonen zijn geen domeingrond. Het zijn gronden die eigendom zijn van inheemsen waarover zij in collectief verband het recht op uitoefenen. De Vereniging van Inheemse Dorpshoofden in Suriname (VIDS) vindt dat de staat Suriname de collectieve rechten van de inheemsen eindelijk wettelijk dient te erkennen en te beschermen. Inheemsen zijn niet zomaar een etnische groep, maar een volk met een eigen woon- en grondgebied, eigen cultuur en taal en een eigen sterk bestuurssysteem die haar voor meer dan 500 jaar in staat hebben gesteld te overleven. Dit zijn de fundamentele basisuitgangspunten van de positie van de inheemsen in Suriname met betrekking het grondenrechtenvraagstuk.
Deze positie van de inheemsen in Suriname werd vorige week door de VIDS nadrukkelijk verwoord tijdens de workshop over collectieve rechten van inheemsen en tribale volken. De workshop in Royal Ballroom van Torarica was georganiseerd door de Nationale Assemblee met het oog op de op handen zijnde behandeling van de ontwerpwet Collectieve Rechten van Inheemsen en Tribale volken. Participanten aan de workshop waren exponenten van inheemse en marrongemeenschappen in Suriname, alsmede vertegenwoordigers van inheemse organisaties uit het buitenland.
Onomwonden
De positie van de inheemsen in Suriname met betrekking tot collectieve rechten en het grondenrechtenvraagstuk werd onomwonden verwoord tijdens inleidingen van de VIDS-toppers kapitein Ricardo Pane en kapitein Carlo Lewis (zie Lewis, foto top). In de VIDS is het traditioneel gezag van alle 52 inheemse leefgemeenschappen in Suriname vertegenwoordigd.
Kapitein Ricardo Pane voerde aan dat inheemse volken in Suriname voor de wet niet bestaan, en evenmin worden hun collectieve rechten door de wet erkend. De grondgebieden waar inheemsen van oudsher op wonen maken volgen hem geen deel uit van domeingrond, maar zijn het eigendom van de inheemse leefgemeenschappen.
Het is voor de VIDS onkan, dat machthebbers in het land grondgebieden van inheemse leefgemeenschappen in concessie uitgeven aan kapitalisten en grootgrondbezitters. De inheemsen hadden verwacht dat na beëindiging van de koloniale periode hun rechten en hun bestaanszekerheid beter zouden worden geregeld in de wet. Integendeel is het veel moeilijker geworden. Er worden allerlei vertragingstechnieken toegepast om zaken steeds vooruit te schuiven. Ricardo Pane beklaagde zich erover, dat inheemse volken in het achterland structureel gediscrimineerd worden, verwijzend naar zaken zoals onderwijs en gezondheidszorg. “Ofschoon onze collectieve rechten niet erkend zijn en onze rechts- en bestaanszekerheid niet beschermd worden, blijven wij als Surinamers onze bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het land.” Er moet volgens hem daar nu wel verandering in komen. De behandeling en goedkeuring door de Nationale Assemblee van de ontwerpwet Collectieve Rechten Inheemsen en Tribale Volken zou een belangrijke stap in de goede richting zijn.
Ontwerpwet afgezwakt
Kapitein Carlo Lewis zegt, dat de ontwerpwet zoals die nu bij de Nationale Assemblee door de huidige regering is ingediend, een afgezwakte versie is van de ontwerpwet die door de vorige regering na jarenlange consultaties tot stand was gekomen en bij het parlement was ingediend. Zaken zijn volgens hem voor de inheemse- en de marron leefgemeenschappen tot het minimale teruggebracht.
Een aantal zaken is uit de ontwerpwet gehaald. Zaken die het traditioneel gezag van de inheemsen en tribale volken anders op papier hadden gesteld. Met betrekking tot de ontwerpwet zoals die nu op tafel ligt plaatste kapitein Lewis wel enkele belangrijke aandachtspunten die de positie van de inheemsen duidelijk weergeven. Zo wil de VIDS in de Grondwet en in de huidige ontwerpwet een duidelijke vaststelling van de positie van inheemsen als oorspronkelijke bewoners van het land met collectieve rechten.
Voorts vindt de VIDS, dat de wet op domeingrond gewijzigd dient te worden, in die zin dat vastgesteld wordt dat de grondgebieden waar de inheemsen van oudsher wonen geen deel uitmaken van domeingrond. Ze zijn eigendom van de inheemse leefgemeenschappen waarover collectieve rechten wordt uitgeoefend. In de ontwerpwet wordt de instelling van een Grondenrechtenkamer genoemd, als een soort instantie waar onder andere geschillen in grondenrechten kwesties kunnen worden voorgelegd. De VIDS maakt zich er bezorgd over, dat zo’n kamer een nieuwe manier kan worden om de inheemsen van hun rechten te beroven. De artikelen in de ontwerpwet die de rechten van de inheemsen erkennen dienen precies zoals is geformuleerd te blijven staan. Het betreft het artikel waarin de verschillende rechten zijn genoemd, zoals het recht op zelfbeschikking, collectieve rechten, grondenrechten, recht op traditioneel gezag, recht op FPIC (Free and Prior Informed Consent), recht op cultuur, traditionele kennis en benefit-sharing. Voorts staat de VIDS erop, dat bij de vaststelling van de leefgebieden gebruikt dient te worden gemaakt van de demarcatiekaarten die het enkele jaren geleden heeft opgemaakt. “Er mag niets nog verder weggehaald, verdund of afgezwakt worden”, zegt kapitein Carlo Lewis.
Verder dienen bij het wettelijk regelen van de collectieve rechten de internationaal geldende standaarden volgens het internationaal recht te worden gehanteerd. Suriname kan niet haar eigen definities en regels gaan maken. De concessierechten die zich binnen de leef- en woongebieden van de inheemse en tribale volken bevinden dienen ook ingetrokken te worden. De fout die de overheid op dit stuk heeft gemaakt, dient nu hersteld te worden. In sommige gevallen kan misschien overeenstemming worden bereikt met de houders van zo’n concessie. Kapitein Lewis zegt, dat zolang de rechten van de inheemsen niet wettelijk zijn erkend “wij slachtoffers blijven van machthebbers, grootgrondbezitters en vernietigers en vervuilers van ons milieu”. Volgens hem blijven inheemsen steeds het slachtoffer zijn van wat men “ontwikkeling” noemt.
De VIDS zegt bereid te blijven om samen met de regering en de Nationale Assemblee te werken aan de oplossing van het vraagstuk van rechtszekerheid en bestaanszekerheid van de Inheemsen in Suriname.
SS