Naar school gaan doen praktisch alle kinderen in Suriname. Sommige kinderen doen dat over de grens, dagelijks, heen en terug, over het water. In een korjaal, dat de titel ‘schoolboot’ krijgt toebedeeld, varend vanuit Langatabbetje door de Armina vallen, onderweg naar buurland Frans-Guyana, waar de kinderen les krijgen, in de Franse taal te Apatou. De afstand voor de kinderen is dagelijks ruim 20 kilometer over het water heen en 20 kilometer terug.
“De Fransen subsidiëren het vervoer”, laat een bewoner weten, “en zij zorgen voor de medische voorziening. Zij hebben ons tijdens de binnenlandse oorlog opgevangen.” Apatou beschikt ook over een middelbare school, volgens de kenner. Er zijn ook mogelijkheden om verder onderwijs te volgen in Frans-Guyana. Langatabbetje ligt in het district Sipaliwini.
De man merkt nog op dat hij zich stoort aan de vervuiling van de rivieren. Een andere inwoner te Marowijne bevestigt, dat de vervuiling van de rivier te merken is. “Verder, te Galibi is er ook sprake van vervuiling”, vult de man aan. Dagelijks varen om naar school te gaan is over het algemeen een ongemak, merkt de leerkracht op. Dit is ook afhankelijk van de afstand. De kinderen van Galibi ervaren dit dagelijks, wanneer zij naar Albina moeten. “Wanneer het regent, is er geen plek om te schuilen en de tocht duurt iets langer dan een uur.”
Campus in Marowijne
Een leerkracht noemt de aanzet tot de bouw van een campus te Marowijne een hele goede stap, omdat het allereerst voor de oudere leerlingen uitkomst zal bieden. De eerstesteenlegging hiertoe vond onlangs plaats door vicepresident Ronnie Brunswijk. “Dergelijke plannen zijn toe te juichen.” De leerkracht verwacht, dat deze ontwikkeling ook een verdere positieve doorwerking zal hebben voor de jongere leerlingen, die uiteindelijk ook vervolgonderwijs willen genieten.
Reizen vanuit Langatabbetje duurt nog altijd ruim 2 uren naar Moengo en of Albina. Het alternatief om onderwijs te volgen aan de Franse kant zal vanuit dat gegeven nog lang de snelste manier zijn.
RB
