Het uitvoerend bestuur van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) heeft donderdagavond Surinaamse tijd in haar vergadering het verzoek voor de Extended Fund Facility (EFF) van de Surinaamse regering goedgekeurd. Het behelst een totaalbedrag van ruim US$ 690 miljoen aan betalingsbelanssteun voor de komende 3 jaar. Met de goedkeuring door het IMF-bestuur wordt binnen een week het eerste tranche bedrag van ruim US$ 57 miljoen op de rekening van de Centrale Bank van Suriname overgemaakt.
De goedkeuring komt na ruim 8 maanden nadat de Surinaamse regering reeds een akkoord had bereikt op “staff level” niveau met het IMF over het programma en de voorwaarden van de EFF. Het staff level akkoord kon echter niet eerder naar het IMF-bestuur worden doorgeleid voor goedkeuring, omdat Suriname’s grootste bilaterale schuldeiser China weigerde mee te gaan met de eis van het IMF onder aanvoering van de VS om een schuldherschikking met Suriname af te spreken conform de parameters van het IMF. China vond dat een door haar verstrekte garantiestelling voor herschikking van de schuld van Suriname voldoende was. Dit leidde tot een maandenlange impasse, die ertoe heeft geleid dat de uitvoering van het Herstelplan van de Surinaamse regering ernstige vertraging opliep, waardoor de regering onder zwaardere economische en sociale druk kwam te staan.
Ondertussen hebben China, en zijdelings ook India als tweede grootste schuldeiser van Suriname, met het IMF voor een middenweg gekozen om uit de impasse te geraken.
Met de ondertekening van een Letter of Intent aan het IMF door president Chandrikapersad Santokhi, minister Armand Achaibersing van Financiën en Planning en Centrale Bank Governor Maurice Roemer twee weken geleden was de weg volledig vrij voor goedkeuring van het financieel ondersteuningspakket aan Suriname. President Santokhi komt donderdagavond nog naar de Surinaamse bevolking toe met een verklaring.
SS
Hieronder de vertaling van de tekst van een donderdagavond uitgegeven verklaring van het IMF:
“De Executive Board van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) keurde een 36-maandenregeling goed onder de Extended Fund Facility (EFF) voor Suriname voor een bedrag gelijk aan SDR 472,8 miljoen (ongeveer US $ 688 miljoen of 366,8 procent van het quotum). Het besluit van de Raad van Bestuur maakt een onmiddellijke uitbetaling mogelijk gelijk aan SDR 39,4 miljoen (ongeveer US$ 55,1 miljoen).
De financiële regeling van het IMF zal het economische plan van de Surinaamse autoriteiten ondersteunen, gericht op het herstellen van de houdbaarheid van de begroting door een discretionaire begrotingsconsolidatie van 10 procent van het bbp in 2021-24, terwijl de kwetsbaren worden beschermd door sociale vangnetprogramma’s uit te breiden. Het door het IMF ondersteunde programma zal ook helpen de overheidsschuld terug te brengen tot houdbare niveaus, het monetaire en wisselkoersbeleidskader te verbeteren, het financiële systeem te stabiliseren en de institutionele capaciteit te versterken om corruptie en witwassen van geld aan te pakken en het bestuur te verbeteren.
Aan het einde van de bespreking van de Raad van Bestuur heeft mevrouw Kristalina Georgieva, algemeen directeur en voorzitter, de volgende verklaring afgelegd:
“Suriname wordt geconfronteerd met systemische fiscale en externe onevenwichtigheden als gevolg van jarenlang economisch wanbeheer. Deze ontwikkelingen, in combinatie met de Covid-19-pandemie, hebben geleid tot aanzienlijke begrotingstekorten en externe tekorten op de lopende rekening, een onhoudbare overheidsschuld, een afbouw van de reserves, een economische neergang en hoge inflatie. In de afgelopen maanden zijn de autoriteiten begonnen aan een uitgebreid economisch hervormingsprogramma om de uitdagingen van Suriname aan te pakken, onder meer door te beginnen met het aanscherpen van het begrotingsbeleid.
“De belangrijkste doelstellingen van het programma van de autoriteiten zijn het herstellen van de macro-economische stabiliteit en het vertrouwen, en het effenen van de weg naar economisch herstel, terwijl de meest kwetsbaren worden beschermd tijdens het aanpassingsproces. Fiscale consolidatie is een duidelijk en cruciaal onderdeel van het programma om de “fiscale en externe stabiliteit te herstellen. De fiscale hervormingen die door de autoriteiten zijn ontworpen, omvatten het afschaffen van dure en slecht gerichte subsidies voor elektriciteitsprijzen en het invoeren van een belasting over de toegevoegde waarde, waardoor een efficiënte bron van niet-minerale inkomsten ontstaat. Om de negatieve impact op de meest kwetsbaren te helpen verzachten, benadrukt de agenda van de overheid de versterking van het sociale vangnet. Om schuldhoudbaarheid te bereiken, onderhandelen de autoriteiten over schuldverlichting van particuliere en officiële schuldeisers in overeenstemming met de programmaparameters.
“Het programma heeft tot doel de buitenlandse reserves van Suriname weer op te bouwen. Het besluit van de autoriteiten om over te stappen op een door de markt bepaalde wisselkoers zal de weerbaarheid van de economie tegen externe schokken versterken. Deze stap zal, samen met het katalyserende effect van het programma op de externe financiering, externe onevenwichtigheden aanpakken en bijdragen tot het verhogen van de buitenlandse reserves tot een prudent niveau.
“Om de inflatie terug te dringen, omvat het programma stappen om de liquiditeitsvoorwaarden aan te scherpen. De goedkeuring van een kader voor het richten op reservegeld en de uitrol van open-markttransacties zullen het doel ondersteunen om de inflatie terug te brengen tot eencijferige inflatie. De Centrale Bank van Suriname moet ook de toenemende risico’s van de banksector aanpakken, onder meer vanwege de verschuiving in de wisselkoers.
“Het uitvoeren van de structurele hervormingsagenda is essentieel om een meer welvarende toekomst voor Suriname te verzekeren. De hervormingen zullen de institutionele capaciteit voor macro-economisch beleid verbeteren, de stabiliteit van de financiële sector handhaven, corruptie aanpakken en AML/CFT en bestuur versterken. Deze hervormingen zullen worden ondersteund door technische bijstand van ontwikkelingspartners, waaronder het IMF, de Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank en de Wereldbankgroep.”