Terwijl we gisteren hebben gehad het begin van de behandeling van het Meerjaren Ontwikkelingsplan, wordt er in Nederland gezegd dat er ‘witte rook uit de schoorsteen komt’ op het binnenhof. Dat betekent dat een aantal partijen die enkele maanden terug aan een verkiezing hebben deelgenomen, een akkoord hebben bereikt en dat spoedig een regering zal worden gepresenteerd. Suriname heeft in de ontwikkelingssamenwerking een belangrijke plaats ingeruimd voor de samenwerking met Nederland.
De Surinaamse regering heeft al een officieel bezoek gebracht aan de demissionaire regering van Nederland. Dit bezoek heeft veel stof doen opwaaien door misdragingen van enkele mensen van Surinaamse afkomst. Het bezoek was al gepland, maar het is duidelijk dat met een demissionaire regering kan geen betekenisvolle overeenkomsten worden aangegaan. Suriname heeft vooral op het gebied van de technische samenwerking en het beschikbaar stellen van kader vel te winnen in een samenwerking met Nederland. Suriname heeft namelijk op bijna alle vlakken van het overheidsbeleid te maken met een enorm kadergebrek. Er moet veel meer samenwerking komen tussen de wederzijdse ministeries. Dat is 10 jaar lang niet gebeurd. Het zou heel goed zijn dat er technische missies en sessies plaatsvinden tussen de ministeries en dat er samenwerkingsovereenkomsten met specifieke samenwerkingsgebieden worden getekend. Zo kan Suriname bij het ontwikkelen van wetgeving veel steun krijgen van Nederland, maar ook bij het doen van metingen en surveys in Suriname.
Tussen de ambtenaren van Nederland en Suriname moet er op technisch niveau meer samenwerking zijn. En Suriname moet dat ook moeten doen met landen als België, Duitsland en Frankrijk. De samenwerking moet niet zozeer gebaseerd moeten zijn op donaties, maar meer op kennisontwikkeling op alle niveaus in Suriname. Het is niet uitgesloten dat de Surinaamse president weer een bezoek brengt aan Nederland, misschien derde kwartaal 2022 (zonder de vp want dat is riskant voor hem). Het is daarom goed dat er toch een regering in Nederland wordt geinstalleerd. De verkiezingen in de Tweede Kamer zijn gehouden op 17 maart 2021, dat is alweer bijna 9 maanden terug. Er is al medegedeeld dat de komende regering meer ministers zal hebben dan de vorige keer: in totaal 20. Dat is waarschijnlijk gedaan om te voorkomen dat ministers een burn-out krijgen en afhaken vanwege ruime beleidsgebieden die ze moeten bestrijken. Dat zou met 2 ministers in het vorige kabinet zijn gebeurd. Er zou overeenstemming zijn bereikt over 30 bewindslieden.
Het coalitieakkoord is gesloten tussen de VVD, D66, CDA en ChristenUnie. Geluiden zijn dat het akkoord op woensdag zal worden gepresenteerd. Dat is het voornemen van de informateurs Johan Remkes en Wouter Koolmees. Dit hebben zij maandag aan de Tweede Kamer geschreven. De onderhandelaars namens de partijen waren nog niet definitief akkoord, maar de verwachting was dat dat gisteren nog zou plaatsvinden. Als de fracties akkoord zijn, dan volgt de presentatie van de coalitieplannen en wordt een debat ingepland met de informateurs. Dat gebeurt naar verwachting nog deze week. In dat debat zal VVD-leider Mark Rutte worden aangewezen als formateur. De formateur is vaak ook de beoogde minister-president. Rutte zal dan de dagen erna gesprekken voeren met de mensen die namens de coalitiepartijen het kabinet in gaan. Zo komt er langzaam maar zeker een einde aan de langste formatie ooit, die bijna negen maanden heeft geduurd.
Naar verluidt hebben de toekomstig coalitiepartners onder andere afspraken gemaakt over klimaatverandering en stikstof. Ook zou zijn afgesproken dat ministeries worden gesplitst zoals het landbouwministerie en het ministerie van Volksgezondheid. Daar worden miljarden euro’s voor vrijgemaakt. Ook zijn er plannen om de kinderopvang voor bijna iedereen gratis te maken, het leenstelsel voor studenten af te schaffen, rekeningrijden in te voeren en komt er salarisverhoging voor basisschoolleraren. Met het kabinet-Rutte IV wordt beweerd dat men gaat richting een nieuw tijdperk. De aanloop was tergend traag, maar de inhoudelijke onderhandelingen verliepen alsnog vrij vlot. De formatie van 2021 was uniek in zijn soort. Vier jaar lang regeerden VVD, D66, CDA en CU samen, maar toch hadden ze bijna tien maanden nodig om hun doorstart te bezegelen met een nieuw akkoord.
Suriname moet de zaak goed volgen. Bibis en de ambassades hebben dan de dankbare taak om alle ministeries te begeleiden zodat die hun sessies en missies kunnen hebben gericht op de ontwikkeling van Suriname. De verwachting van Suriname moet niet zijn dat we een zak geld krijgen, want daarmee kom je niet ver. Of dat Nederland iets zal kunnen doen aan de schuldenlast van Suriname. Wat eerder moet gebeuren is dat Nederlandse investeerders in bijvoorbeeld in de agrarische sector richting Suriname komen en voor de ontwikkeling van de groene economie en het toerisme. Na de installatie van de nieuwe regering moet het initiatief van onze ministeries moeten uitgaan om samenwerkingen uit te rollen. Ook de districten in Suriname moeten gaan samenwerken met de gemeenten in Nederland.