Je bent er even uit, gaat naar Waka Pasi, je bent nog niet weg en het begint te regenen, onafgebroken, je drinkt wat bij Waka Pasi, kijkt naar die paar andere bezoekers die verregend langs lopen, het regent nog steeds, je moet naar huis en bent afhankelijk van taxivervoer. Dan heb je echter een groot probleem, zo bleek snel.
“We hebben geen wagens in de buurt”
Gedurende bijna een uur constant telefonisch proberen in contact te komen met twee grote, bekende, taxibedrijven in Paramaribo. Ja, bijna een uur, er was geen doorkomen aan. De telefoon werd gewoon niet aangenomen of je kreeg een soort ‘computer aangestuurde’ dame aan de lijn die zei dat het nummer niet bereikbaar was. En als je eindelijk iemand aan de lijn kreeg, dan kreeg je te horen “we hebben geen wagens in de buurt”. Ondertussen daalt je humeur naar het vriespunt, je beltegoed gaat richting SRD 0,0 en je moet naar huis toch? Maar, hoe dan? Het is veel te ver lopen naar je woning, in Zuid, omgeving Van ‘t Hogerhuysstraat. Onmogelijk! Wat dan te doen? Het regent ook nog steeds, veel plassen natuurlijk overal, geen paraplu meegenomen, je hebt je mooie schoenen aan die niet voor de regen zijn gekocht.
Onheilstijding
Maar, wat zijn het voor taxibedrijven die nauwelijks telefonisch bereikbaar zijn en als je dan iemand aan de lijn hebt, dan krijg je de onheilstijding, dat ze ‘geen wagens’ hebben. Een goed en fatsoenlijk opererend taxibedrijf, met tientallen wagens op de weg, moet toch goed bereikbaar zijn? Moet toch een goed functionerende telefooncentrale hebben, met meerdere telefonistes…… Maar, nee hoor.
Dan maar lopen
Geen taxi dus en het regende nog steeds. Wat te doen? Toch maar de stoute schoenen aangetrokken en lopend op weg gegaan naar het centrum van de stad, in de hoop daar ergens een zogenoemde straattaxi te vinden. Het werd een lijdensweg. Lopen in de regen, over nauwelijks begaanbare ‘voetpaden’. Kuilen, gaten, oneffenheden. De hele weg vanaf Waka Pasi, langs het Assemblee-gebouw en het Onafhankelijkheidsplein, via de Waterkant, lopend naar het centrum was het vooral lopen op de weg, op de straat. Uitkijken geblazen voor de plassen, het vele water en het voorbijrazende verkeer.
Straattaxi!
En ja hoor, een straattaxi! Wat een opluchting. Het bordje taxi op het dak was duidelijk zichtbaar en er zat zowaar een chauffeur in. Ik vroeg hem wat het kostte – immers, deze chauffeurs, hosselaars veelal, vragen vaak een beetje en soms veel meer dan een taxichauffeur van een groot bedrijf -, ging akkoord met de prijs – je wilt immers snel naar huis – en al snel raakten we in gesprek over de taxiwereld. Wat ik al vermoedde werd door de sympathieke chauffeur bevestigd: die taxichauffeurs bij die grote bedrijven schijnen tijdens zware regenval simpelweg niet in de stad te willen rijden vanwege de dan ontstane wateroverlast in de wegen en straten. Ik kon me dat niet voorstellen, ben je nu een taxibedrijf of niet? Een dienstverlenend bedrijf. En, kijk naar al het verkeer, dat wel over al die wegen en straten rijdt, waarvan de bestuurders, ook die hosselende straattaxi-chauffeurs, het wel ‘aandurven’ om zich een weg te banen door de vele plassen en kleine ontstane kreken.
Er mogen dan in de stad een paar grote bekende taxibedrijven gevestigd zijn, waarvan een enkele ook keurig gebruikt maakt van meters zodat je qua ritprijs niet echt besodemieterd kunt worden, maar voordat je in zo’n taxi zit gaan er wel vaak heel veel telefoontjes en irritaties vooraf, ook als het niet regent en op bepaalde tijdstippen gedurende de dag. En, ook al heb je als bedrijf mooie herkenbare wagens en mag je als klant zelfs doorgeven wanneer het rijgedrag van een chauffeur je niet aanstaat – de wagens hebben allemaal een nummer – laat ze ook iets doen aan hun telefonische bereikbaarheid.
Ze verdragen elkaar niet
En, voor ik weer de stad in ga, zal ik in het vervolg eerst eens zien of er wellicht regen op komst is. Want regenval en taxi’s blijken in Paramaribo als water en vuur. Ze verdragen elkaar niet.
PK