In de strafzaak waarbij 238.420 gram coke is aangetroffen verpakt in 205 houtblokken zijn woensdag 3 getuigen gehoord. De eerste getuige was een lid van de Narcotica Brigade van het Korps Politie Suriname.
Op aanwijzing van de verdachten S.F. en T.A.L. werd een bedrijf in beeld gebracht, waar de verdachten het hout hadden gekocht.
Woensdag 22 juli werden twee trucks gezien op de hoek van Weg naar Zee en daarna in de Willem Campagnestraat. Trucks met een lading hout werden vervolgens aangetroffen in een straat naast het abattoir.
De douane recherche nam vervolgens rond half acht ‘s avonds contact op met de Narcotica Brigade. De douane had de lading reeds om tien uur in de ochtend ontdekt. De douane recherche had de drugs naar haar eigen kantoor gebracht. Niet duidelijk is waarom de Narcotica Brihade niet gelijk werd ingeschakeld.
Onduidelijk is ook of de verdachten zijn geconfronteerd met de inbeslaggenomen drugs.
Verdachte S.F. bezwaarde in eerste instantie de medeverdachte. Daarna zei dat hij in opdracht van een mevrouw K. had gehandeld. Nadien kwam hij hierop weer terug. Deze mevrouw is echter niet gehoord in deze zaak.
Het terrein waar het hout was opgeslagen te Weg naar Zee is gehuurd door deze mevrouw K.
De verdachte T.A.L. had opdracht van K. om de vracht te rijden. Hij heeft na de ontdekking aan S.F gezegd, om niets te zeggen over die rit. Volgens S.F. had geen enkele mevrouw opdracht gekregen. Volgens hem bestaat die mevrouw niet en heeft medeverdachte T.A.L. alle opdrachten gegeven.
Mr. Benito Pick en mr. Kanhai staan verdachte T.A.L. bij. S.F. wordt bijgestaan mr. Georgette Leter.
De tweede getuige is een douane ambtenaar. De man verklaarde, de cocaïne in de lading houtblokken te hebben ontdekt samen met douane recherche. De recherche heeft de drugs verzameld en in jute zakken gedaan en is vertrokken naar kantoor, aldus de getuige.
De derde getuige, assistent van de inklaarder, verklaarde dat de douane recherche hem had opgedragen om de camera’s uit te schakelen. De getuige vroeg T.A.L. om dat te doen.
De advocaten verzochten de invrijheidstelling van T.A.L.. Kantonrechter Duncan Nanhoe wees dat verzoek vooralsnog af.
Ook mr. Leter vroeg invrijheidstelling van haar cliënt S.F..
De behandeling van deze zaak is uitgesteld naar 4 januari 2022.