Het VHP-Assembleelid Chuanrui Wang juicht het toe als parlementariër “dat Suriname, in deze de president van Suriname, zijne excellentie Chandrikapersad Santokhi, zijn teleurstelling kenbaar heeft gemaakt met betrekking tot het niet naleven van de afspraken gemaakt tijdens de klimaatconferentie van Parijs 2015”. De politicus doelt op de dinsdagochtend gehouden toespraak van de president voor de VN Klimaattop COP26 in Glasgow, Schotland.
“Tijdens deze klimaatconferentie is het akkoord van Parijs 2015 voortgevloeid en vele landen hebben toen aangegeven zich te zullen committeren aan de gemaakte afspraken. In het akkoord was opgenomen. dat van de rijke landen wordt verwacht dat zij ontwikkelingslanden financieel zullen steunen bij het terugbrengen van hun eigen uitstoot. Dit heeft niet plaatsgevonden.”
Wang zegt blij te zijn “dat het staatshoofd heeft benadrukt hoe kwetsbaar Suriname en kleine eilanden in ontwikkeling zijn, gezien ze te maken hebben met laaggelegen kustgebieden”. “Deze landen hebben niet meer dan 2 procent ontvangen als global klimaatfinanciering en wel in de periode 1016-2018. Het staatshoofd heeft weliswaar de vinger gezet op de zere plekken. maar dat moet ook gaan gebeuren als men wil dat Suriname meer moet gaan doen met geen tot nauwelijks financiële middelen.”
“Dubbele standaarden”
“Het is eveneens toe te juichen, dat het staatshoofd gedurfd heeft om te wijzen op de dubbele standaarden die gehanteerd worden, vooral wanneer het gaat om landen die hun economie reeds hebben opgebouwd met het uitstoten van broeikasgassen. Suriname is een CO2-negatief land en is in staat geweest om 93 procent van haar bossen te behouden. Het is goed te horen, dat op een Klimaattop Suriname zich eveneens committeert om met zijn beperkte middelen door te gaan met het beschermen, behouden en onderhouden van onze bossen en biodiversiteit, op een positieve en evenwichtige manier.”