Suriname neemt in de periode van 1 tot 12 november deel aan de 39ste vergadering van de mensenrechten evaluatie van de Verenigde Naties (VN) in Genéve, Zwitserland. De mensenrechtensituatie in Suriname is maandag voor de derde keer besproken in de “Werkgroep Universele Periodieke Evaluatie (UPR)” van de VN-Mensenrechtenraad. De delegatie van Suriname staat onder leiding van minister Kenneth Amoksi van Justitie en Politie.
Suriname is één van de 14 landen waarvan de mensenrechten situatie tijdens de 39ste vergadering van deze werkgroep wordt geëvalueerd en specifieke aanbevelingen worden gedaan ter verbetering. De eerste en tweede UPR van Suriname vonden respectievelijk plaats in mei 2021 en mei 2016.
De evaluatie vindt plaats op basis van drie rapporten, te weten:
- het nationaal rapport van het land dat wordt geëvalueerd;
- informatie uit rapporten van onafhankelijke mensenrechten deskundigen van de Verenigde Naties en andere VN-entiteiten,
- informatie van andere belanghebbenden zoals nationale mensenrechten instituten, regionale – en maatschappelijke organisaties.
In de toespraak van Suriname en tijdens de evaluatie werden vorderingen, specifieke acties en uitdagingen op diverse gebieden aangehaald, waaronder binnen de gezondheidszorg, toegankelijkheid van onderwijs in het binnenland, vrouwenrechten, kinderrechten en rechten van personen met een beperking. Verder is ook aan de orde gekomen de aanpak van huiselijk geweld en andere vormen van geweld, de aanpak en preventie van mensenhandel en mensensmokkel, het tegengaan en aanpakken van discriminatie, inclusief discriminatie op grond van seksuele geaardheid en genderidentiteit. Ook grondenrechten van inheemsen en marrons, uitvoering van onder andere het Moiwana en Saamaka vonnis, het operationaliseren van een onafhankelijk Nationaal Mensenrechten Instituut conform de criteria van de zogenoemde beginselen van Parijs (Paris Principles) zijn aangehaald. Deze beginselen omvatten een aantal criteria van de Verenigde Naties voor de instelling van nationale mensenrechteninstitututen.
Suriname heeft van 53 landen aanbevelingen ontvangen ter verbetering van de mensenrechtensituatie. De Surinaamse delegatie heeft aangeven uit te zien naar een voortgezette en versterkte samenwerking met de mensenrechtenverdragsorganen, het UPR-mechanisme, andere internationale en regionale organen en diverse nationale belanghebbenden. Dit gelet op het streven om te verzekeren dat de rechten en vrijheden van allen die zich op het grondgebied van Suriname bevinden, worden geëerbiedigd.
Een geëvalueerde Staat kan zijn standpunten over de aanbevelingen die tijdens de evaluatie zijn gedaan, kenbaar maken. Het is de bedoeling dat de UPR-Werkgroep op 5 november de aanbevelingen aan Suriname aanneemt in een formele vergadering. Tijdens die vergadering zal er tevens een indicatie zijn van het aantal aanbevelingen dat Suriname heeft ontvangen en hoeveel meteen zijn aangenomen.