Het Openbaar Ministerie (OM) is maandag 4 oktober overgegaan tot implementatie van artikel 100 van het Wetboek van Strafrecht. Dit artikel biedt het OM de mogelijkheid om bij misdrijven waarop een gevangenisstraf van 6 jaren of minder is gesteld de zaken buiten proces af te handelen.
De afhandeling gaat gepaard met enkele voorwaarden welke gesteld zullen worden. Als voorbeeld van de voorwaarden kan genoemd worden het vergoeden van de door de benadeelde geleden schade of betaling van een geldsom aan de Staat. Slechts de verdachte die een gepleegd strafbaar feit bekend, komt in aanmerking voor de afhandeling buiten proces. De rechtstreekse belanghebbende wordt ook op de hoogte gesteld, wanneer de Hulp Officier van Justitie namens het Openbaar Ministerie een strafzaak buiten proces afhandelt.
Onder leiding van de waarnemend Procureur-Generaal, mr. G. Paragsingh, zijn er in dit kader de afgelopen periode sessies gehouden met de Hulpofficieren van Justitie waarbij de nodige instructies zijn gegeven om zorg te dragen dat de implementatie en afhandeling correct zullen geschieden.
De uitvoering van artikel 100 Wetboek van Strafrecht zal vooralsnog gaan om het buiten proces afhandelen van onder andere de strafbare feiten: bedreiging, vernieling, diefstal, eenvoudige mishandeling, verduistering, oplichting en opzetheling.