Minister van Justitie en Politie Kenneth Amoksi heeft woensdag 8 september in Den Haag een convenant getekend met zijn collega Sander Dekker van Justitie en Veiligheid (Rechtsbescherming). Het document betreft de Makandra samenwerking op het gebied van Justitie en Politie en richt zich specifiek op reclassering.
De ondertekening vond plaats tijdens de ontmoeting van president Chandrikapersad Santokhi met demissionair premier Mark Rutte op het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken in aanwezigheid van de minister van dit departement, Sigrid Kaag en Albert Ramdin, de Surinaamse minister van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (BIBIS).
Suriname is voor Nederland een belangrijke partner bij de aanpak van o.a. drugssmokkel en criminele geldstromen. Vandaag versterken we de samenwerking door te helpen bij een betere reclassering in Suriname. Minister Amoksi en ik tekenden vandaag een convenant om dit te bezegelen. pic.twitter.com/e8PLR5xFx0
— Sander Dekker (@SanderDekker) September 8, 2021
De verschillende Surinaamse ministers die deel uitmaken van de delegatie hebben inmiddels van gedachten gewisseld met hun Nederlandse collega’s over beleidsvraagstukken.
Nederland en Suriname zullen de samenwerking tussen ministeries en overheidsorganisaties de komende jaren bestendigen via het daarvoor opgerichte Makandra-programma. 2/2
— Sigrid Kaag (@ministerBZ) September 8, 2021
Na de ondertekening werd een persconferentie gehouden waar Santokhi en Rutte zijn ingegaan op vraagstukken binnen de samenwerking. President Santokhi zei onder meer, dat de problemen van Suriname zo gecompliceerd en complex zijn, dat ondersteuning van de internationale gemeenschap noodzakelijk is. Ook de uitdagingen op het gebied van het financieel herstelprogramma zijn bijzonder, zo schrijft de Communicatie Dienst Suriname.
Hij heeft aangegeven dat de regering vanaf haar aantreden ondersteuning heeft gehad van Nederland, zowel op bilateraal als multilateraal niveau. Beide leiders zijn voorstanders van het uitbreiden van de samenwerking naar de rechterlijke macht (rechtsstaat), landbouwsector en het duurzaam besteden van de restant verdragsmiddelen. Op het gebied van Covid-19 beheersing is reeds geruime tijd op verschillende niveaus een intensieve samenwerking tussen beide landen.