Minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (BIBIS) stond dinsdag 31 augustus in een persconferentie stil bij het belang van het aanstaande bezoek van president Chandrikapersad Santokhi en een aantal ministers aan Nederland. De bewindsman stelde, dat niet alleen de herstelde relatie bevestigd wordt op het hoogste niveau, maar dat er ook nieuwe lijnen worden uitgezet voor de toekomst.
Werkbezoek
President Chandrikapersad Santokhi brengt aan het hoofd van een regeringsdelegatie van 5 tot en met 12 september een werkbezoek aan Nederland van 8 tot en met 9 september. Op 10 en 11 september is er een speciaal programma ingedeeld om samen met de Surinaamse diaspora van gedachten te wisselen over verschillende maatschappelijke vraagstukken. Het staatshoofd zal een tête-à-tête hebben met demissionair minister-president Mark Rutte.
De regeringsleider reist met een delegatie bestaande uit vier ministers van zijn kabinet, te weten minister Ramdin, Armand Achaibersing, Kenneth Amoksi en Amar Ramadhin. Minister Parmanand Sewdien van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) die al in Nederland is, zal zich voegen bij de delegatie.
Recht op protest
Minister Ramdin stelde ook, dat de banden met het voormalige moederland na ruim tien jaar zijn hersteld. Suriname en Nederland hebben een historische band en zullen vanuit het oogmerk van volwaardige partners onderhandelen om diverse samenwerkingen aan te gaan en bestaande partnerschappen te intensiveren. De bewindsman gaf ook aan dat hij kennis heeft genomen van een mogelijk protest in Nederland in verband met de Anton de Kom lezing van president Santokhi. “Dat betreuren wij. Maar, een ieder heeft recht op protest. De president zal de lezing houden van deze grote Surinamer en niet anders.”
