Minister Vorswijk voorstander: Vreemdelingen recht op domeingrond verlenen

“Aan ieder ander natuurlijke- of rechtspersoon kunnen met toestemming van de regering rechten op domeingrond worden verleend”, zo luidt de formulering van de voorgestelde wijziging van het Decreet Uitgifte Domeingrond. Artikel 3 lid 2 komt te vervallen. Hierin is bepaald, dat het recht op domeingrond (grondhuur en erfpacht) van rechtswege komt te vervallen bij verlies van de Surinaamse nationaliteit. Minister Dinotha Vorswijk van Grondbeleid en Bosbeheer zei dondermiddag 26 augustus in het parlement dat de regering wel voorstander is dat Artikel 3, lid 2 komt te vervallen. Het vraagstuk om vreemdelingen al dan niet rechten te verlenen op domeingrond is volgens haar een beleidskwestie. 

Rechtszekerheidsbeginsel

De minister verwees  voorts naar bepalingen in  de Grondwet die regelen dat er niet kan worden onteigend zonder vergoeding, in deze zonder beterschap vergoeding. De bepaling dat van rechtswege de rechten op domeingrond komen te vervallen bij verlies van de Surinaamse nationaliteit, schendt volgens de e ook het rechtszekerheidsbeginsel. Op de kritiek dat Suriname haar souvereiniteit verliest op gronden die in handen zijn van vreemdelingen, bracht minister Vorswijk er tegen in dat de uitgegeven beschikkingen waarin de rechten zijn verleend, onder het Surinaams recht vallen. Dus de soevereiniteit van Suriname over de gronden zijn niet in het geding. De minister voerde aan, dat nu reeds een situatie bestaat waarbij buitenlanders eigendomsgrond kopen op naam. Dat buitenlanders in besturen van rechtspersonen (stichtingen) zitting hebben, en via die constructie over domeingrond beschikken, daar vindt de minister niets mis mee. Deze rechtspersonen (stichtingen) zijn naar Surinaams recht opgericht en vallen derhalve onder het Surinaams recht.

Niet de juiste grondslag

De huidige bepalingen in de wet zijn niet de juiste grondslag om vreemdelingen het recht te beperken of te ontzeggen om domeingrond te mogen hebben. “Wil men dat doen dan dient dat op een meer uitgebalanceerde manier plaats te vinden, met duidelijke voorwaarden en  anti-misbruikbepalingen in lijn met de grondwet”, aldus de minister. 

De wijziging van de wetsartikelen met betrekking tot de Surinaamse nationaliteit als voorwaarde voor het verkrijgen van rechten op domeingrond, is een van de fundamentele bezwaren van de oppositite, met name de NDP-fractie. Deze partij huldigt het basisbeginsel dat Surinaams grond voor Surinamers bestemd is. Het was bij aanvang van de openbare vergadering reeds duidelijk dat de oppositie niet zonder slag of stoot haar bezwaren tegen de wetswijzigingen zou laten varen. Bij de samenstelling van de krant was de parlementsvergadering nog gaande.

SS

error: Kopiëren mag niet!