De grotere vissersboten die jaarlijks minder dan drie landingen maken bij de Centrale Vissershaven Suriname (CEVIHAS) zullen hun vergunningen niet meer verlengd krijgen. Minister Parmanand Sewdien van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) zegt het afgelopen weekend met de desbetreffende visverwerkingsbedrijven hierover te hebben gesproken.
Hij zei maandag 23 augustus in het parlement, dat de visvergunningen veelal op naam staan van de visverwerkingsbedrijven. De vissersboten zijn echter voor het overgroot deel buitenlandse vaartuigen met buitenlandse bemanning. Het gaat vooral om Venezolaanse vaartuigen die voornamelijk op de zeer gewilde red snappers vissen. De minister zegt, dat de gevangen vis elders naar toe wordt gebracht. Hij noemt daarbij Trinidad & Tobago waar de prijs beter is en de regelgeving voor visimporten minder stringent zijn. Sewdien geeft aan dat de gevangen vis naar Suriname moet worden gebracht. De controle op naleving van de vergunningsvoorwaarden is echter gebrekkig.
Met de nieuwe maatregel wil de LVV-minister de vissers en de vergunninghouders ertoe bewegen om hun vangsten bij CEVIHAS af te leveren. Hoewel hij zich niet in die bewoordingen heeft uitgelaten, is duidelijk dat de minister twee tot drie landingen per jaar absurd vindt.
“Bij minder dan drie landingen per jaar ga ik de vergunning intrekken”, zegt de minister resoluut. De regeling gaat volgend jaar in.
SS