President Santokhi is nu op bezoek in ons buurland Guyana. Hoewel hij er zeker vaker is geweest al dan niet als voorzitter van de VHP en als oppositielid in de Nationale Assemblee. Opmerkelijk bij deze is dat zijn echtgenote Mellisa Santokhi-Seenacherry Guyanese roots heeft. Dat geeft een extra dimensie aan het geheel. Het is goed gebruik dat presidenten van buurlanden elkaar bezoeken. Zo heeft de Guyanese president Irfaan Ali ons land al bezocht en moet dit gezien worden als een tegenbezoek.
Los van de gebruikelijke agendapunten die we verwachten, moeten we thans nu niet uit het oog verliezen dat beide landen oliereserves op zee hebben gevonden.
Was het voorheen zo, dat de Guyanezen altijd een beetje jaloers op ons zijn geweest daar wij veel eerder aan oliewinning hebben gedaan, al dan niet on shore via Staatsolie, nu hebben zij hun eigen grote oliewereld.
Als “goede ” buur hebben ze ons gebracht naar het International Tribunal of the United Nations Convention on the Law of the Sea (UNCLOS) in het maritiem geschil. Deze zaak werd beslecht in het voordeel van Guyana, waar nu juist de olievondsten zijn gedaan.
Deze actie hebben ze toen ondernomen nadat de Surinaamse regering onder leiding van president Jules Wijdenbosch de marine erop af stuurde om een olieboorplatform van de maatschappij CGX te verwijderen uit onze wateren. Deze actie werd in ons land toegejuicht, maar afgekeurd door de Guyanezen. In alle stilte en met een toen slapende Surinaamse ambassade in Georgetown brachten ze ons naar het gerecht. Het praten op was toen voorbij.
Ook het slepend conflict om Tigri is nog onopgelost. Hierbij komt ook de Corantijnrivier aan de orde, die volledig Surinaams bezit is. Dit wordt betwist door de Guyanezen.
Nu met de mogelijke bouw van de de brug over de Corantijnrivier zal dit ook een bespreekbaar punt worden. Alle Surinaamse presidenten hebben dit laten liggen in de hoop dat de tijd het wel oplost.
De Guyanezen hebben een veel sterker buitenlands beleid, ongeacht welke regering daar nu aan de macht is en ten aanzien van de territoriale zaken maken ze een vuist. Velen hebben ook hun internationale politieke ontwikkeling op grote universiteiten in de wereld gehad. Hun politiek leiderschap heeft altijd en tot nu en ideologie gehad.
De Guyanezen kunnen ook rekenen op een sterkere diaspora verspreid over meerdere landen dan van on,s die voornamelijk geconcentreerd is in Nederland. Ook hebben ze een veel beter regionaal beleid en een sterkere binding in Caricom. Zie ook de vestiging van het Caricom hoofdkantoor in Georgetown.
Binnen de onafhankelijke verhoudingen hebben ze het veel moeilijker gehad dan wij. Ze kregen niets van de Britten en kwamen terecht in een interne etnische strijd. Dit heeft ze tegengehouden in hun ontwikkeling en Guyana heeft te maken gehad met grote armoede en grote buitenlandse schulden.
Wij als Suriname daarentegen hebben geen gebruik gemaakt van de betere mogelijkheden die wij hebben gekregen en hebben het zelfs verknald.
Thans maken de Guyanezen een heropstanding fase mee.
De olievondsten op zee, waar ze thans een voorsprong hebben van vijf jaren op ons, heeft hun ook een andere kijk gegeven op Suriname.
Terugkomend op het bezoek van president Santokhi, zal die met een nieuwe regionale en internationale kijk de zaak moeten benaderen.
Suriname als onderdeel van de grote drie verhoudingen van Guyana en Brazilië. Een toekomstvisie die alleen succes kan hebben als ook wij in eigen land het kunnen zien en begrijpen.
Ook een uitdaging om de Guyanezen het te kunnen laten , uitgaande van de geschiedenis dat ze zich niet hebben gedragen als goede buur en altijd hun eigen agenda vooropstellen. Guyana zal geen harde boodschap hebben aan Suriname ten aanzien van Brazilië, omdat ze de connectie al eerder hebben gemaakt en al uitvoeren.
Mijn verwachting is dat na het gepraat en handjes schudden, wij als land onze agenda moeten uitvoeren met of zonder Guyana.
Maar, ook hiervoor moet er bij onszelf onze waarde worden herkend. Zolang dat niet gebeurt zullen we nu achter Guyana blijven aanrennen, daar ze nu een voorsprong hebben.
President Santokhi moet meer geloof hechten aan de mogelijk weinige mensen met kennis capaciteit in ons eigen land, dan steeds maar aan leunen tegen een Surinaamse diaspora die bij iedere mislukking niet in ons land blijft en zal blijven.
Als hij zijn eigen mensen minderwaardig zal aanzien, wat nog niet gebeurt, dan zal de toekomstvisie een droom blijven. Inzet gebeurt in eigen huis, alles van buiten is een toegevoegde waarde.
De duizenden Guyanezen in diaspora hebben bewezen dat waar ze ook verblijven binnen de Caricom, VS, Canada of Engeland, Guyanezen hun land niet in de steek hebben gelaten. En nu hebben ze het voordeel en de voorsprong.
M.A.Z.