De minister van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur, Marie Levens zei tijdens de regeringspersconferentie op vrijdag 13 augustus, dat het belangrijk is voor ouders om te weten dat de beroepen hoofdweg niet bestemd is voor ‘domme kinderen’, want die gaan de beroepen hoofdweg niet kunnen volgen.
Enkele burgers reageren heel fel op deze uitspraak. Burgers vragen zich af hoe een minister zo’n uitspraak kan doen, ‘want er bestaan geen domme kinderen toch?’ Een burger zegt: “Minister niemand is dom! Kinderen of mensen begrijpen dingen anders. U bent minister van Onderwijs en moet het beter weten, dus nooit meer deze uitspraak doen, anders kunnen wij
deze regering ook onder een noemer plaatsen!”
Andere burgers zijn de mening toegedaan, dat de minister het misschien niet zo bedoelde, maar dat ze door druk of spanning niet op het juiste woord kon komen en dus ‘domme kinderen’ heeft gezegd.
Tijdens het beantwoorden van vragen van enkele Assembleeleden zei Levens: “Ten aanzien van de vraag van domme kinderen, de minister van Onderwijs mag kinderen niet dom noemen punt uit. De ouders mogen hun kinderen niet dom noemen. De samenleving mag kinderen die naar het
beroepsonderwijs gaan, niet dom noemen. Als we dat doen zijn we fout bezig, het mag gewoon niet. Ik doe gewoon een beroep op de ouders en de samenleving om kinderen die bewust kiezen voor de beroepen hoofdweg niet dom te noemen, omdat ze even slim zijn als de kinderen die kiezen voor de academische hoofdweg.”
Volgens het nieuwe onderwijssysteem zullen de leerlingen betere kansen krijgen. De kinderen zullen les krijgen die bij hen en hun omgeving past. Er zal gekeken worden naar talenten en naar hoe leerlingen zich ontwikkelen. Er zal niet alleen gekeken worden naar cijfers, waardoor alle leerlingen betere kansen krijgen. Uiteindelijk zal het moeten leiden tot een betere toekomst.
