Door de voorzitter van de CLO is weer eens benadrukt dat er een scheiding is binnen wat geacht wordt een grote vakcentrale te zijn. Bij de CLO is een aantal vakbonden aangesloten, althans daarvan gaan we uit. Intussen weten we dat er enkele jaren terug door ontevreden overheidsbonden de COL is opgericht. Nu hebben we weer een scheiding binnen het bestuur van de CLO zelf. Het schijnt allemaal te maken te hebben met de partijpolitiek. Het is al een hele tijd zo dat de CLO misbruikt wordt door personen om hun persoonlijke doelen te bereiken. Die persoonlijke doelen zijn divers, waaronder hoge ambten die men ambieert. Men denkt dat de CLO belangrijk is, omdat men ervan uitgaat dat uitgebreide stakingen van ambtenaren, een regering zouden kunnen afzetten. Men denkt nog aan de meidagen aan het einde van het vorige millennium. Wat er daarna volgde was een debacle en daarom heeft men daarna nooit meer massa’s op de been kunnen brengen. De CLO is een middel geworden voor persoonlijk gewin en het duidelijkst is dat naar voren gekomen tijdens de vorige regeerperiode. De CLO was in deze periode heel rustig, vertegenwoordigd in DNA (onder de NDP-paraplu) en vertegenwoordigd in de regering. Nu zegt de CLO-voorzitter dat het allemaal persoonlijke projecten waren waaraan hij zelf meedeed en waaraan hij zijn ondersteuning verleende. De CLO wordt geacht een grote vakcentrale te zijn, maar in de afgelopen periode hebben niet meer dan slechts 2 personen deze organisatie vertegenwoordigd. Dat betekent dat de rest ‘dom’ is, niet aanwezig is of gewoon niet de ruimte krijgt. Nu hebben deze 2 personen ruzie met elkaar. In een interview op de radio gisteren gegeven heeft de CLO-voorzitter beaamd dat het ministerschap van zijn vroegere makker en nu aartsrivaal, niet ging om belangen van werknemers of belangen van de CLO, maar om een persoonlijke wens van die persoon die hij heeft ondersteund. Daarmee heeft de voorzitter aangegeven en beaamd dat de CLO voor persoonlijke doelen is misbruikt en dat hijzelf zich daarvoor heeft laten lenen. En vanwege deze koers zou het aan te raden zijn in het belang van alle paratijen dat een zekere vernieuwing binnen de organisatie plaatsvindt. Allereerst moet duidelijk worden hoeveel ambtenarenvakbonden nog aangesloten zijn bij de CLO. En hoeveel ambtenaren deze vakbonden vertegenwoordigen samen. Is de CLO nog steeds een grote ambtenarenvakcentrale? Over hoeveel duizend of miljoen contributie per jaar heeft de CLO de beschikking? Wij denken dat alle twee groepen van de CLO, omdat ze al zolang meegaan, moeten loslaten en het bestuur moeten overdragen aan een jong bestuur dat in staat is om de belangen van de ambtenaren op nummer 1 te zetten. De twee groepen bestaan overwegend uit oude mannen, en dat is niet representatief voor wat er allemaal aan ambtenaren op de overheidskantoren aanwezig is. De gemiddelde ambtenaar is jong, misschien meer vrouwelijk en niet al te geweldig geschoold. Voor het behartigen van de belangen van de CLO-leden is een bestuur nodig dat jong en goed geschoold is en onderlegd is in de arbeidsverhoudingen die gelden in de publieke sector. Dat kader is aanwezig nu binnen de overheid. We zien echter een zekere schuwheid en laf gedrag van het kader binnen de overheid. Het kan liggen aan een stuk vrees die de oude bestuursleden al hebben overwonnen. Men is niet bang voor rancune. De vrees is waarschijnlijk dat de regering rancuneus zou kunnen optreden naar jonge bestuursleden van de CLO. Dat het meedingen naar een post binnen het CLO-bestuur of het overnemen van het bestuur als een daad van vijandschap kan worden ervaren. Dat is een drempel die misschien door Ravaksur zou kunnen worden overwonnen. Maar als we ons niet vergissen, dan is er ook een tweespalt ook binnen deze overkoepeling in Suriname. Aan de tweedracht heeft de CLO ook een bepaalde rol gespeeld omdat men op schoot zat van de vorige regering. Wij denken dat het nodig is dat over de rechtspositie van de ambtenaren er een vakcentrale en vakbonden zijn die kunnen onderhandelen en met wie overleg kan worden gevoerd. De regering heeft overlegpartners in de ambtenarij nodig. Een overkoepeling als de CLO heeft dus zeker bestaansrecht. Wat er moet gebeuren is een vernieuwing, waarmee meer integriteit haar intrede doet. De huidige partijen zitten er al enkele decennia dus deze kunnen als adviseurs een bijdrage leveren. Een oproep aan de jonge geschoolde ambtenaren om de zaak bij de CLO te helpen vernieuwen. Daarmee zou de gênante ruzie tussen de oude mannen die nu gaande is, ook tegelijk tot het verleden gaan behoren.