Op 1 juli 1863, werd de slavernij afgeschaft in Suriname. De afschaffing van de slavernij op 1 juli 1863 is niet vlekkeloos verlopen. De dag van 1 juli is bij wet vastgelegd als de ‘Dag der Vrijheden’. Men is ervan uitgegaan dat het voor alle bevolkingsgroepen in ons land ook een belangrijke dag is, daar zonder afschaffing van de slavernij, zij niet hier zouden zijn, naast de indianen die er al waren.
Onderzoek naar de periode van de slaven en contractarbeiders, heeft aangetoond dat er veel verschillen, maar ook veel overeenkomsten zijn. In de praktijk bleek contractarbeid in feite een nieuw systeem van slavernij te zijn. Contractarbeid was ook gebaseerd op racisme en de doelstelling was dezelfde namelijk arbeidsprestatie leveren onder absolute gehoorzaamheid.
Bij herdenking van de afschaffing van de slavernij of Keti Koti, op 1 juli 1863, alsook bij herdenkingen van de immigratie van andere bevolkingsgroepen, wordt vooral het moedige verzet van onze voorouders om te ontkomen aan wrede onderdrukking, overheersing en uitbuiting herdacht. Ze hebben er niet voor geschroomd in opstand te komen tegen de mensonterende omstandigheden waaronder zij moesten werken en wonen.
De Vooruitstrevende Hervormingspartij (VHP) vindt daarom dat de dag van 1 juli een uniek moment biedt om als nazaten van slaven en contractarbeiders, gezamenlijk terug te kijken naar een verleden waaruit ze wijze lessen kan leren en die toepassen. Een van die wijze lessen is dat wij als een multi-etnische samenleving, ons niet moeten lenen om onderling uitgespeeld te worden tegen elkaar.
De slavernij wordt gekenmerkt als een donker tijdperk waarin slaven zwaar lichamelijk arbeid moesten verrichten en zwaar gemarteld en gestraft. Koloniale meesters en de politiek hebben raciale en religieuze sentimenten gebruikt in het voordeel van groepsbelangen. Bepaalde ideeën over superioriteit en inferioriteit worden nog steeds van generatie op generatie door nazaten overgeleverd.
De VHP onderschrijft dat geen enkele bevolkingsgroep superieur is aan een andere en verwerpt daarom elke vorm van overheersing en dominantie. Alle bevolkingsgroepen staan voor de uitdaging om op basis van eigen identiteit, in verscheidenheid een waardevolle bijdrage te leveren aan de opbouw en ontwikkeling van ons geliefd land Suriname.
Een andere belangrijke wijze les is om te waarderen dat onze voorouders in staat waren, ondanks pijn en vernederingen, uit te groeien tot inspirerende helden die zich hebben ingezet voor een betere toekomst voor het nageslacht. Zowel slaven als contractarbeiders hebben kracht geput uit elke zweepslag, lichamelijk geweld en elke vorm van geestelijk geweld om meer weerstand op te bouwen.
Het bestuderen van dit verleden laat zien dat ook onze huidige generatie een verantwoordelijkheid heeft tegenover de komende generaties om zich in te zetten voor een sociaal-rechtvaardige samenleving met welvaart en welzijn voor een ieder.
De VHP roept daarom alle Surinamers op, ongeacht ras, geloof, cultuur en taal om met de ‘lessons learned’ uit ons gedeeld verleden, eensgezind te werken aan een gezamenlijke toekomst waarin er geen plaats is voor uitbuiting en andere vormen van moderne slavernij.
Indachtig haar motto ‘Zelf Sterk, Samen Sterker’ wenst de VHP de gehele Surinaamse natie een bezinningsvolle en een Switi Manspasi Dey toe.