Suriname stelt zich solidair met verschillende wereldleiders middels deze Leaders’ Pledge for Nature en zal zich blijven inzetten voor bescherming en conservering van de natuur in balans met duurzame sociaal-economische ontwikkeling. Verlies van biodiversiteit is niet meer slechts een milieu aangelegenheid maar wordt direct gelinkt aan economische ontwikkeling. Ontwikkeling volgens de Sustainable Development Goals is langzaam maar zeker het nieuw economisch paradigma voor een resiliente wereld aan het worden.
Politieke leiders vanuit verschillende regio’s in de wereld hebben in 2020 een belofte gelanceerd waarin zij zich committeren om het verlies van biodiversiteit ultimo 2030 tegen te gaan en zelfs te herstellen; de zogeheten ‘Leaders’ Pledge for Nature’ – vertaald: de belofte van leiders inzake de natuur. Suriname sluit zich dit jaar ook bij deze belofte aan.
Deze belofte, welke ondersteund wordt door meer dan 70 landen, alsook een aanzienlijk aantal niet-gouvernementele instanties zendt een sterk en verenigd signaal uit dat het nodig is om de globale ambitie voor de bescherming van biodiversiteit, natuur, klimaat en de mens aanzienlijk te vergroten.
President Santokhi
Op 2 juni werd de Leaders Pledge for Nature getekend door president Chandrikapersad Santokhi. Met de ondertekening van deze belofte wordt niet alleen een signaal gegeven aan de rest van de wereld, maar het biedt Suriname een integraal raamwerk waarbinnen het beleid voor beheer en bescherming van biodiversiteit voor de komende 10 jaren ontwikkeld kan worden.
Dit is een kans voor Suriname om ons als natie te scharen achter leiders die zich serieus hebben gecommitteerd aan het herstel van ons milieu en die kiezen voor duurzame ontwikkeling.
https://t.co/GOrec1AyL7 59% of all world leaders/countries are still not listed and/or not signed-up-to-act-on https://t.co/XfQX2RdLNW the ‘Leaders’ Pledge for Nature united for sustainable development 2030’ [Public Information by Independent Research] 16 October 20 – 20 April 21
— #MindTheGap #COP26Circus Llewelyn Pritchard MA (@MindThe31023583) May 26, 2021
Alarmerende fase
De leiders geven aan dat de planeet zich in een alarmerende staat bevindt waarbij er een drievoudig verwikkelde bedreiging van biodiversiteitsverlies, ecosysteem degradatie en klimaatverandering bestaat. Dit driekoppig fenomeen heeft een versnellend en negatief gevolg voor armoede, ongelijkheid, honger en ondervoeding. De leiders waarschuwen dat als deze crises niet gestopt en hersteld worden de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG’s) niet bereikt zullen kunnen worden. De SDG’s zijn een oproep van de Verenigde Naties (VN) tot actie voor alle landen – arm en rijk – om welvaart te bevorderen en tegelijkertijd de planeet te beschermen tegen klimaatverandering. Ze leggen de grondslag voor het beëindigen van armoede, met strategieën die zowel economische groei ontwikkelen als een reeks sociale behoeften aanpakken, zoals onderwijs, gezondheid, sociale bescherming en werkgelegenheid.
Het ministerie van Ruimtelijke Ordening en Milieu is het zogenoemde Nationale Focal Point voor het Verdrag inzake Biodiversiteit en gaat de gedane beloftes uitwerken en vertalen naar beleid.
De leiders die de Pledge for Nature ondertekend hebben, hebben zich daarmee allen gecommitteerd om de visie van de VN in dit kader (’the vision of Living in Harmony with Nature by 2050′: vertaald de visie om in harmonie met de natuur te leven vanaf 2050) voor ogen te houden en te bereiken bij de onderneming van de volgende 10 acties:
1. Biodiversiteit, klimaat en de het milieu aan het hart van Covid-19 herstelstrategieën en investeringen plaatsen, tezamen met nationale en internationale ontwikkeling en coöperatie;
2. Ontwikkelen en implementeren van een ambitieus wereldwijd biodiversiteit kader voor de periode na 2020, dat moet worden aangenomen tijdens de vijftiende conferentie van de naties behorende bij de Conventie voor Biodiversiteit (COP 15 van het VN-Verdrag inzake biologische diversiteit (CBD) in Kunming, China);
3. De onderling verbonden uitdagingen van verlies aan biodiversiteit, land-, zoetwater- en oceaan degradatie, ontbossing, woestijnvorming, vervuiling en klimaatverandering op een geïntegreerde en coherente manier aanpakken;
4. Overgang naar duurzame productie- en consumptiepatronen en duurzame voedselsystemen;
5. Verhoging van de ambitie en het klimaatbeleid afstemmen op de Overeenkomst van Parijs inzake klimaatverandering (afspraken over de netto uitstoot van carbon);
6. Een einde maken aan milieumisdrijven, omdat deze van negatieve invloed kunnen zijn op de inspanningen tegen onder andere degradatie van het milieu, verlies van biodiversiteit en klimaatverandering;
7. Beheer en behoud van biodiversiteit integreren in beleid op alle niveaus, met inbegrip van de voedselproductie, landbouw, visserij en bosbouw, energie, toerisme, infrastructuur, winningsindustrieën, handel en toeleveringsketens.
8. Integreren van een een “One-Health”- benadering in alle relevante beleidsgebieden en besluitvormingsprocessen op alle niveaus;
9. Versterken van financiële en niet-financiële uitvoeringsmiddelen door onder meer het financiële systeem te stimuleren om financiële stromen af te stemmen op milieuverplichtingen en de SDG’s;
10. Gebruik van een op wetenschap gebaseerde, maatschappelijke benadering die de cruciale rol erkent van traditionele en Inheemse kennis.
David Singh, directeur van het WWF-Guianas: ‘Terwijl Suriname en Guyana voor moeilijke keuzes staan voor hun economisch herstel, is de belofte voor de natuur een belangrijk signaal, dat de landen zich blijven inzetten voor een rechtvaardige, inclusieve en duurzame toekomst. We zijn ons ervan bewust, dat beide landen offshore olie- en gasontwikkeling hebben omarmd in een tijd waarin de wereldgemeenschap eindelijk verenigd is om over te stappen van fossiele brandstoffen. Maar, de goedkeuring van de Leaders Pledge for Nature is een stap in de richting van het signaal aan de wereldgemeenschap dat zij haar groene geloofsbrieven niet heeft opgegeven. De Guyana’s kunnen nog steeds een baken van hoop voor de wereld zijn in deze tijd van planetaire nood.’