De voorzitter van DA’91, Angelic del Castilho, spreekt van een praktisch onvolledig Herstelplan. Dit zegt zij naar aanleiding van de bezorgdheid die Financiën-minister Armand Achaibersing heeft getoond tijdens een recent VES-debat.
In heldere taal had de minister meegedeeld, dat hij bezorgd is over de uitvoeringscapaciteit van het Herstelplan. Volgens Del Castilho heeft de minister met deze woorden nog meer bezorgdheid en onzekerheid gezaaid bij de samenleving. “Wanneer je een Herstelplan schrijft dan dien je mee te nemen waartoe je in staat bent. Dan pas is het een realistisch plan. En als we naar de minister luisteren, wil hij ons in principe alvast voorbereiden, dat hij een heleboel op papier heeft gezet, maar dat we niet veel ervan hoeven te verwachten”, aldus Del Castilho in gesprek met Dagblad Suriname.
Volgens Achaibersing is de uitvoeringscapaciteit afhankelijk van de beschikbare expertise op de diverse ministeries. De DA’91-voorzitter proeft nu al tekortkomingen terwijl Suriname op het punt staat een contract met het IMF aan te gaan. Zij noemt de tekortkomingen het gevolg van nepotisme en favoritisme.
“Ook de huidige regering doet aan politieke rancune waarbij capaciteiten niet worden ingezet vanwege politieke kleur. Op deze manier snijden we onszelf in de vingers. Kijk maar naar de Raden van Commissarissen (RvC’s), 1 persoon zit in 6 RvC’s. Hoe verwacht je dat zo iemand het werk correct zal uitvoeren?”
Del Castilho vindt het een zeer kwalijke zaak om nu van de minister te horen te krijgen, dat er wat schort aan de praktische uitvoerbaarheid van het Herstelplan. Zij vindt dat de regering concreet moet aangeven waar de hiaten zijn, op welk niveau en met welke programmapunten het te maken heeft; dit zijn geen zaken die achter gesloten deuren besproken moeten worden.
“Wij verwachten van de regering oplossingen en niet dat ze ons omgekeerd vragen stelr”, aldus Del Castilho. De kunst is niet om te weten wat gedaan moet worden, maar hoe iets gedaan moet worden. De exacte woorden van de minister tijdens het VES-debat luiden als volgt: “Waar ik me wel zorgen over maak, en daar ben ik eerlijk over, is de uitvoeringscapaciteit. We kunnen de maatregelen goed ontworpen hebben, maar als de uitvoering niet goed opgepakt wordt dan kom je er ook niet.”