“Ik roep nogmaals op tot brede maatschappelijke discussie over gebruik olie-inkomsten”
Rudolf Elias, scheidend algemeen directeur van de Staatsolie Maatschappij Suriname N.V., geeft in gesprek met Dagblad Suriname aan dat hij blijft roepen om een brede maatschappelijke discussie over hoe de olie-inkomsten gebruikt zullen worden. “Als niet alle partijen het daarover eens zijn, dan kunnen bij een nieuwe regering de middelen anders gebruikt gaan worden. Dan krijg je nieuw beleid wat ertoe zal leiden, dat het geld verspild zal worden en je gaat ongetwijfeld corruptie krijgen. Daarom zeg ik, als je iets wilt doen, doe het niet by default, maar by design. Design what we are going to do with the money”, stelt de scheidende Staatsolie-baas. “Dan gaan de komende generaties, mijn kinder en uw kinderen en kleinkinderen de vreugde ervaren dat wij heel heel rijk gaan zijn.”
Staatsolie sterker dan ooit
Gevraagd naar zijn mooie momenten zegt Elias, dat er duizenden momenten zijn geweest. “Wat we gedaan hebben als directieteam is aan de ene kant Staatsolie sterk gemaakt en aan de andere kant Staatsolie voorbereid op de grote olievondsten voor de kust. De eerste oliecrisis van 2016 heeft Staatsolie heel hard gevoeld. Toen viel de olieprijs scherp. Wat wij toen hebben gedaan is ervoor zorgen dat Staatsolie beter bestand is tegen de val van de olieprijzen. Wij moeten begrijpen wat de kosten zijn en efficiënter worden. We hebben Staatsolie in een hele transitie gebracht, van een erg logge organisatie die erg bureaucratisch was naar een ‘mean en lean fighting machine.’ We hebben gefocust op asset management een aan een gezamenlijke visie. Zodat wij voorbereid zijn op de grote olievondsten en dat wij wereldklasse zijn. Daar hebben wij vier en een half jaar keihard aan gewerkt. Toen kwam die olievondst. Dat was een prachtig moment. Ja, dan weet je dat je het niet voor niets heb gedaan. Ik zeg altijd, ik ben ontzettend succesvol geweest, maar als we die olie niet hadden gevonden, was het verhaal anders. Dus je moet ook een beetje geluk hebben meent de scheidende directeur. You also need to have a little bit of luck in your career, I had luck. Luck came. Dat was de eerste waar wij ons erg prettig voelden.”
Suriname gaat nooit meer hetzelfde zijn
Elias stelt verder: “Suriname en Staatsolie gaan nooit meer hetzelfde zijn. We hebben de olievondsten gehad. Je gaat een jaar, misschien een anderhalf jaar voor de eerste olie gaat vloeien ga je het merken. Je gaat hoge ontwikkeling en groei krijgen. Wij krijgen het dan als land een stukje makkelijker. Maar, een tweede moment dat erg belangrijk was, was vorig jaar. De Covid-crisis. De prijs van olie werd negatief. Maar, wij hebben gewoon doorgewerkt. Staatsolie heeft het nooit als schok ervaren. Dat was die diversifiëring. Wij hebben heel hard gewerkt. Wij zijn sterker dan ooit. Je ziet dat waar oliebedrijven failliet zijn geggaan Staatsolie gewoon door is gegaan. Een oliecrisis met een negatieve olieprijs hebben wij doorleeft.”
Mooiste bedrijf van Suriname
De scheidend directeur geeft desgevraagd aan: “Rudolf Elias gaat nu even kijken wat zijn next steps zijn in leven. Als Suriname en Staatsolie mij nodig hebben en mij vragen, dan ben ik natuurlijk beschikbaar. Het is een mooi moment om terug te geven aan je land en zeker aan het mooiste bedrijf van Suriname. In ieder geval gaat Rudolf Elias nog zeker 10 jaren werken”, besluit hij tegenover Dagblad Suriname.
Elias, behaalde een diploma Civiele Techniek en Bouwtechniek aan de Technische Universiteit Eindhoven, Nederland. Hij is sinds 2009 lid van de Raad van Bestuur van Staatsolie. Voordat hij in 2015 Algemeen Directeur van Staatsolie werd Elias Director of Refining and Marketing en Director van het Refinery Expansion Program van 2010 tot 2015. Voordat hij in 2009 bij Staatsolie kwam, was Elias van 2004 tot 2009 Vice President Development van BHP Billiton Suriname. Van 1984-2004 werkte hij bij Ballast Nedam International. Elias is lid van de Raad van Commissarissen van Surmac N.V., een dochteronderneming van C. Kersten & Co. N.V.
Asad Mushtaq