Onlangs liet de voorzitter van de Vereniging van Economisten in Suriname (VES) in Stanvaste Radio doorschemeren dat hij hetzelfde beleid van de vorige regering ziet bij de huidige regering, en dat het herstelplan nog geen breed draagvlak heeft. Met het behalen van 20 zetels heeft de VHP het vertrouwen van het volk gewonnen, welke die partij ondertussen ook snel kwijt is geraakt, gezien de vele teleurstellingen bij de burgers. Het coalitielid Sham Binda (VHP) gaat in gesprek met Dagblad Suriname in op deze kwestie.
Binda, die zijn ogen niet sluit voor de realiteit, vindt dat een vergelijking tussen het VHP- en NDP-beleid nergens op slaat. Hij is van mening dat het beleid van de NDP grotendeels gestoeld was op corruptie en het aangaan van leningen. “Kan men ook maar één ding aangeven waar de huidige regering corruptie heeft gepleegd? Iedereen klaagt, het schijnt dat er nu meer klagers zijn dan bij de NDP-regering. Mensen waren bang voor rancune om commentaar te leveren onder het regime van Bouterse, de huidige regering dreigt niet met rancune”, beweert Binda. Dat beschouwt hij als een wezenlijk verschil tussen zijn eigen partij en die van de NDP.
Binda erkent dat de burgers moeilijkere tijden meemaken doordat de VHP-Abop-regering een lege staatskas heeft geërfd, wat met de coronapandemie alleen maar voor meer uitdagingen zorgt. Hij stelt dat de hoge prijzen in de winkels los staan van de corruptiepraktijken van de vorige regering. Door dat geld terug te halen, zullen de prijzen niet automatisch stabiliseren. “De prijzen in de winkels worden onbetaalbaar, omdat er geen deviezen zijn. Door de covid-situatie kunnen mensen ook niet tot volledige ontplooiing komen.” Binda voert aan dat het gestolen geld terughalen niet zo eenvoudig is. “Je moet een bepaald traject bewandelen voordat je tot aanhoudingen en arrestaties over kan gaan. Je moet ook over bewijsmateriaal beschikken en dan pas kan je overgaan tot berechting. Er liggen een heleboel zaken bij de pg die nog onderzocht moeten worden.”
In het kader van het tegengaan van corruptie geeft Binda aan dat de huidige regering afziet van het distribueren van voedselpakketten. Hij noemt dat corruptiegevoelig en moeilijk te controleren. Wat wel in de plaats komt, is het bieden van een sociale uitkering via een bankrekening van de ontvanger (de sociaal zwakkeren). Aangezien het openen van een bankrekening zeer zenuwslopend is en vrijwel onmogelijk voor hen die geen werkgeversverklaring kunnen overleggen, is de regering bezig met de banken te onderhandelen, zodat ook de sociaal zwakkeren over een bankrekening kunnen beschikken. Binda benadrukt dat de huidige regering net als bij de NDP niet ervoor gekozen heeft om voedselpakketten uit te delen om burgers afhankelijk van hen te maken.
Net als Ramautarsing stelt ook de PVP-leider Roy Bhikharie dat er sprake is van voortzetting van dezelfde politieke attitude als vóór de verkiezing: nepotisme en favoritisme, het eigen belang veiligstellen in plaats van het algemeen belang, en het volk opzadelen om de staatskas te spekken. Volgens Bhikharie doet de huidige regering veel te weinig aan de aanpak van criminaliteit en corruptie. Zo liggen er onderzoeksrapporten over EBS en Staatsolie, die aangeven waar de schoen wringt en desalniettemin wordt er verder niets gedaan met die onderzoeksrapporten. Ook de aanpak van covid-19 laat veel te wensen over, vindt Bhikharie. Hij stelt dat er ook op dit vlak corruptie wordt toegestaan, aangezien bij de ene wel wordt opgetreden, maar bij de andere niet.