De commissie Interdepartementale wijziging ‘Wet Nationale Basiszorgverzekering’ is woensdag geïnstalleerd op het ministerie van Binnenlandse Zaken (BiZa) door minister Bronto Somohardjo in aanwezigheid van minister Amar Ramadhin van Volksgezondheid, zo meldt de Communicatie Dienst Suriname donderdag.
De commissieleden zijn Theo Masé (BiZa), Marianne Chin A Fat (ministerie van Justitie en Politie), Jennifer Karmin (ministerie van Volksgezondheid), Ildemar Fakkel (ministerie van Volksgezondheid), Robert Soentik (ministerie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting) en Roebina Plet (ministerie van Financiën en Planning).
Volgens minister Ramadhin moet deze wet de garantie bieden om stabiliteit en continuïteit binnen de zorg te veranderen naar de huidige inzichten.
‘We hebben gezien wat de praktische onvolkomenheden zijn. Er is een aantal knelpunten geïdentificeerd door de regering.’ Hij benadrukte, dat de wetswijziging van eminent belang is.
In de commissie zijn ook deskundigen van verschillende ministeries vertegenwoordigd. ‘Ik ben ervan overtuigd dat u als commissie die de wet zal wijzigen, een goede job zal doen. Uiteraard met de inzichten van de verschillende ministers zal het concept verder uitgewerkt worden tot een verbeterde wet. Dat zal ook impact moeten hebben op de praktijk’, aldus minister Ramadhin.
Minister Somohardjo gaf aan dat president Chandrikapersad Santokhi en vicepresident Ronnie Brunswijk het ‘sociaalgebeure’n persoonlijk trekken. De ‘Wet Sociaalzekerheidstelsel’ valt administratief onder het ministerie van Binnenlandse Zaken en het ministerie vervult hierin een overstijgende rol bij de uitvoering. De bewindsman sprak de hoop uit dat de gewijzigde wet voor 25 mei 2021 klaar is voor discussie. ‘Er gaan hele pittige discussies ontstaan. Ik hoop dat wij de eerste week al gaan bepalen wat verbeterd moet worden’, aldus de minister.
Commissievoorzitter Jeffrey Joemanbaks, tevens onderdirecteur van het ministerie van BiZa belast met juridische aangelegenheden en regelgeving zal samen met zijn leden nagaan wat de inzichten zijn om verder hiermee aan de slag te kunnen gaan. De commissie zal onder andere de ondersteuning nodig hebben van de uitvoeringsorganen.
De voorzitter verwacht van zijn leden dat de informatie confidentieel blijft, gezien het om een wetsontwerp gaat die wordt voorbereid voor de regering. De commissie zal zo snel als mogelijk aan de slag moeten om twee keer per week een verslag uit te brengen.