“Als een poort op slot is, kunnen we niet dwingen”
Dagelijks zijn medewerkers voor het doen van opnames van de meterstanden in weer en wind om de juiste verbruikcijfers van de nutsvoorzieningen te kunnen doorgeven. Dit is niet zonder gevaren, los van de verkeerschaos zijn er ook nog de waakhonden. Het werk wordt verder bemoeilijkt wanneer de meeste personen niet reageren of hun poorten op slot hebben. Op sommige adressen is er een vertrouwensband ontstaan waardoor de medewerkers de poort openen om de meterstanden te controleren, maar niet elke burger stelt dat op prijs. Zo vertelt een topondernemer dat niemand zomaar op zijn erf kan komen. “Als ik niet weet wie op mijn erf is, dan trek ik mijn pistool”, klinkt hij. Het werk is dus niet zonder gevaren. Bewoners zagen woensdagmorgen een ijverige medewerker over een muur klauteren van de buren. Gewapend met een stok, hield de arbeider de waakhond op afstand. Zonder kleerscheuren kon hij het scherm aflezen en weer over de muur klimmen. “Dat mag niet”, zegt de ondernemer fel. “Je kan toch niet op iemands erf zonder toestemming?” vindt de ondernemer. Hij bewondert wel de arbeidslust van de medewerker die met gevaar voor eigen leven zijn werk probeert te doen. De directeur van EBS, Marcel Eyndhoven, bevestigt dat zonder toestemming een terein betreden niet kan. “Als een poort op slot is, kunnen we niet dwingen.” De andere kant van de medaille is dat de meteropnemers per opname worden betaald. De directeur vertelt dat sommigen heel hard ‘hosselen’ en grote afstanden afleggen. Eyndhoven erkent de problematiek. Door de toename van de criminaliteit probeert EBS de herkenbaarheid van de meteropnemers te bevorderen via speciale kleding. Op deze manier herkennen bewoners sneller met welke organisatie zij van doen hebben. Hoewel dit niet waterdicht is, is dit alvast een eerste stap. “We moeten verder kijken hoe we dit gaan regelen”, zegt de directeur.
Moderne techniek
Gebruikmakend van de moderne techniek zouden meterstanden vanaf afstand gelezen kunnen worden. Eyndhoven merkt op dat dit enkele miljoenen kost. “We gaan het wel moeten doen, want ook in het binnenland waar we geen opnames kunnen doen, moeten we andere methoden toepassen.” Hij wijst erop dat mensen momenteel de mogelijkheid hebben om via sms, whatsapp en invullen via het internet, maar dat men vaak niet wil meewerken. “Het is jullie meter, dus jullie moeten de stand komen opnemen”, zegt men vaak vertelt de directeur. “Men snapt nog niet dat het een vorm van zelfcontrole is”, laat Eyndhoven weten. Hij vergelijkt het met het tanken aan de pomp. “Daar controleer je toch wel dat men voor het juiste bedrag voor je heeft getankt?”, vraagt hij retorisch. “Daar rijdt men toch niet zomaar weg zonder controle?” Eyndhoven gaat zelfs verder door te stellen dat wanneer iemand de meterstand heeft opgenomen, de bewoner zou moeten controleren wat de persoon heeft genoteerd om een juiste vergelijking te kunnen maken met wat men moet betalen. “En dat wil men vaak niet doen, terwijl het juist in het belang van de klant is”, merkt de directeur op. “Bij het pinnen kijken wij toch ook of het juiste bedrag in rekening is gebracht?”, vergelijkt hij. De directeur neemt afstand van het feit dat terreinen zonder toestemming worden betreden en benadrukt dat de technologische vooruitgang noodzakelijk is om meterstanden op afstand te kunnen opnemen. “We gaan het doen”, verzekert hij. “Want dan kunnen de klanten thuis via internet de meter controleren.” Voor de kosten merkt Eyndhoven op dat het land momenteel zonder geld zit, maar dat deze techniek nodig zal zijn voor het binnenland.
RB