Akmos-voorzitter Harieperad Soekhlal meent dat wereldwijd en ook in Surinamede klein- en middelgrote bedrijven het leeuwendeel bijdragen aan de economische ontwikkeling en werkgelegenheid. “Er kan veel meer uit deze sectoren gehaald worden dan tot nu toe het geval is. Het ondernemerschap in Suriname moet met voortvarendheid gestroomlijnd worden op een wijze dat het zo efficiënt mogelijk functioneert.”
Clasifisering
Wonnie Boedhoe heeft met het bestuur Akmos van gedachten gewisseld over wat en hoe gestroomlijnd moet worden.” Categorisering van ondernemingen wordt als zeer belangrijk gezien. Suriname kent geen formele classificering van bedrijven. Economische activiteiten die worden uitgeoefend door bedrijven en beroepen vallen onder de categorie micro-, kleine- en middelgrote ondernemingen, maar er is geen formele omschrijving welk bedrijf in welke categorie zit.”
Nadelen van een gebrekkige indeling
“Er is al jaren sprake van om beroepen en bedrijfen op een gedegen wijze te classificeren. In te delen in de categorien micro – klein- middelgroot bedrijf, maar er is tot nu toe, niet veel van terechtgekomen. Het ontbreken van een degelijke clasificering heeft nadelen voor alle betrokken partijen. Hierdoor kan er ook geen gericht beleid ter ondersteuning worden ontwikkeld. Banken en financiele instellingen gaan tewerk volgens een eigen indeling.”
Meerdere beperkingen
“MKMO – ontwikkeling in Suriname kent net als in andere landen, meerdere beperkingen. Eigen kapitaals-bijdrage ontbreekt. Het is moeilijk om aan krediet te komen. Onvolmaakte financiële administratie. Hoge transactiekosten, de vraag naar zware onderpand en hoge rente, zijn enkele struikelblokken. De banken en andere financiële intermediairs hebben geld, maar zetten die niet uit in het segment van MKMO’s, omdat zij niet beschikt kan over accurate en verifieerbare informatie over het vermogen/de capaciteit en bereidheid van deze cliënten om een lening terug te betalen.”
Risico
“Het is moeilijk om de krediet historie van de MKMO-klant te achterhalen. Derhalve kan het risico welke de kredietverlener loopt, niet gecalculeerd worden waardoor de kredietverlening aan KNMO’s moeilijk of niet gaat. Hierdoor wordt een hoogwaardig onderpand en hoge rente gevraagd. De waarde van een onderpand schommelt tussen 200 en 250% van het te lenen bedrag. De rentevoet ligt rond de 20%.”
Jaarrekening
Mevrouw Boedhoe bracht de jaarrekening ter sprake. “Het in orde hebben van de jaarekening helpt enorm mee bij de classicering van bedrijven. Deze financiële administratie is daarom wettelijk verplicht gesteld. De Wet op de Jaarrekening maakt melding van een classificatie van rechtspersonen in klein, middelgroot en grote bedrijven. Maar geldt dit voor alle bedrijven? Deze wet moet daarom in samenhang met andere relevante wettelijke bepalingen en staatsbesluiten inzake ondernemerschap geplaatst worden, omdat de financiële verantwoording onderdeel uitmaakt van het deugdelijk bestuur van bedrijven.”
Collectieve aanpak
Boedhoe: “Als ondernemers het hebben over de jaarrekening wordt meteen gedacht aan een accountantskantoor. Maar er bestaan kleine administratiekantoren die deze dienst verlenen. Een organisatie als de Akmos kan het voor haar leden nog voordeliger maken door als intermediair te fungeren en voor een aantal bedrijven in collectief verband een administrateur aantrekken. Een micro- of klein bedrijf heeft mogelijk maar een halve dag per week werk om de financiële-administratie bij te houden. Een kundige financiële medewerker, kan in een werkweek, via de Akmos dan 10 en meer bedrijven afwerken.”
Aandringen op goede classificering
Boedhoe: “Akmos moet bij de regering aandringen op een goede categorisering. De officiele vaststelling is dringend vereist. Het is belanrijk omdat een bedrijf daarop getoetst kan worden. De classificering is belangrijk voor de belastingsdienst, het verkrijgen van kredieten, het aangaan van samenwerking, andere zaken en handelingen.”
Advies-inschrijving
“Een advies-inschrijving aan de regering, hoe tot een verantwoorde indeling te komen en hoe het eruit moet zien is op z’n plaats. De leden van de associatie zouden binnenshuis alvast gecategoriseerd kunnen worden. In Suriname wordt bij de indeling van bedrijven meestal afgegaan op het aantal personen dat arbeid verricht in de ondernemening.”
Criterium
“Een vaak gehanteerde indeling is het aantal personen dat arbeid verricht binnen de onderneming. In de memorie van toelichting van het staatsbesluit vergunningsplichtige bedrijven en beroepen wordt vermeld dat bedrijven en beroepen die economische activiteiten verrichten en waar minder dan 10 personen werken zijn geclassificeerd als micro-onderneming. Ondernemingen van 11 tot en met 25 werknemers worden gerekend tot de categorie kleine onderneming. Ondernemingen met 26 tot en met 100 als middelgroot.”
Combinatie van criteria
“Dit criteruim alleen is niet voldoende om een onderneming te classificeren. Het is internationaal gebruik om bij de indeling van MKMO’s de combinatie van aantal personeel in dienst, de netto-omzet en het geinvesteerd vermogen te gebruiken. Vooral bij de laatste schuilt het gevaar als geen rekening wordt gehouden met de sector waarin het bedrijf opereert. In sommige sectoren kan de investering groot zijn en kan met een klein aantal medewerkers grote omzetten gehaald worden.”
Caricom standaarden
Boedhoe verwijst naar het advies van de SER (23 oktober 2019). De SER adviseert om de Caricom definitie te hanteren. De Caricom rekent een onderneming met minder dan 5 personen, een investering van US$ 25.000.- en een omzet van minder dan US$ 50.000 tot een micro-onderneming. De vraag is of zo’n bedrijf ook in Suriname als micro gezien kan worden. Suriname zal maatstaven moeten hanteren die hier haalbaar zijn.
Surinaams belang
Boedhoe: “Akmos en Suriname hebben er belang bij dat de overheid ertoe overgaat om ondernemingen in Suriname duidelijk per categorie in te delen. Vooral micro- kleine en middelgrote ondernemingen hebben daar behoefte aan.”
HD