Scalians krijgen een gps-tracker
‘Kleinschalige goudzoekers hebben hun eigen wet- en regelgeving. Er is een wildwest, dat kunnen wij niet accepteren. Er gaat zoveel om in de kleinschalige goudsector waar wij geen grip op hebben.’ Dat zei minister David Abiamofo van Natuurlijke Hulpbronnen woensdagavond in het televisieprogramma Kal Aaj Aur Kal van presentator Faried Pierkhan. Hij liet duidelijk blijken zijn handen vol te hebben aan ordening van de kleinschalige goudwinning. Ook de scalians, de goudpontons, de drijvende goudfabrieken, zijn een punt van aandacht voor de minister.
‘Vergunningen scalianhouders worden niet verlengd’
‘De vergunningen van de scalianhouders worden niet verlengd. Volgens mij verlopen de vergunningen eind december van dit jaar. Er zijn denk ik nog scalians op het stuwmeer, laat ik zeggen het gebied rond het stuwmeer, en op de Saramaccarivier. We zijn in gesprek gegaan met de eigenaren en ze weten wat het beleid is: verlenging van hun vergunning zit er niet in. Daar waar mogelijk, vragen we ze om in lijn met de geest van het beleid, als het kan, om hun activiteiten eerder te stoppen. Dat zien we al gebeuren op bijvoorbeeld de Saramaccarivier. Een ander deel heeft betrekking op de Marowijne- en Lawarivier. Er is daar een goede samenwerking met Frankrijk. De samenwerking is heel goed en we krijgen ondersteuning van de Fransen.’
Abiamofo zei verder dat de scalians, die nu nog actief zijn op Surinaamse wateren, streng gevolgd en gecontroleerd gaan worden. ‘De scalians gaan gemarkeerd worden, niet alleen fysiek zodat ze vanuit een helikopter zichtbaar zijn, maar ze krijgen ook een gps-tracker (global positioning system), zodat je ze kunt volgen. We hebben een goed gesprek gehad met de procureur-generaal over hoe deze zaak aan te pakken. Duidelijke instructies zijn door de procureur-generaal gegeven over hoe verder te gaan.’
‘De overheid wil het centraal gezag terug hebben op goudvelden’
Over het verkrijgen door de staat van inkomsten uit de kleinschalige goudsector, zoals het heffen van belastingen, zei Abiamofo: ‘Dat is een complex issue. De uitgestrektheid van het gebied waar goudzoekers actief zijn, de mobiliteit, is een uitdaging, maar we hebben een systeem uitgewerkt. We maken gebruik van field rangers, meer mensen uit lokale gemeenschappen zelf. Daarnaast is er een goede samenwerking met de Belastingdienst. Die heeft de leiding. Het gaat in het algemeen erom dat de overheid het centraal gezag terug wil hebben op de goudvelden.’ Nog steeds is niet bekend hoeveel goudzoekers aan het werk zijn in het binnenland. ‘Hoeveel goudzoekers? Ik zou zeggen, schattingen zijn zo tussen de 10.000 en 40.000, maar niemand weet het exact. Ik heb zoveel rapporten gelezen erover, maar niemand weet het.’
‘Met importeurs gesproken om import cyanide stop te zetten’
Over de mogelijke aanwezigheid van cyanide op de goudvelden zei de minister: ‘We hebben inderdaad geluiden daarover gehoord en zijn op onderzoek uitgegaan. Bekend is het gebruik van kwik, maar de laatste tijd zou een nieuw middel zijn geïntroduceerd, meer door Chinezen gebruikt, en wij vingen geluiden op dat het gaat om cyanide. We hebben met importeurs gesproken om de import ervan te stoppen. Medewerkers van de Commissie Ordening Goudsector moeten het spul in beslag nemen, totdat we meer informatie hebben over de samenstelling van het product en de impact, de werking, ervan op de natuur. Er is onderzoek gedaan door een multinational, maar importeurs zijn ook gevraagd om met een onafhankelijk onderzoek te komen. Dat is verricht door een Nederlands laboratorium. Het rapport van dat onderzoek is binnen, bestudeerd en gestuurd naar het ministerie van Regionale Ontwikkeling en Milieu. Het middel zou niet zo schadelijk zijn en niet te vergelijken met kwik, maar ik ben geen deskundige op dat gebied.’
‘Concessies zijn uitgegeven aan personen die speculeren’
Veel goudconcessies zijn onbenut. Abiamofo: ‘Er zijn concessies uitgegeven aan mensen die speculeren, die in veel gevallen niet de capaciteit hebben om goud te exploreren en uiteindelijk een grote mijn uit de grond te stampen. Ze wachten op buitenlandse investeerders om een deal te sluiten. Anderen accommoderen goudzoekers, die bezig zijn met goud, dan kom je niet tot een significante mijn. Nu zijn er zoveel buitenlandse grote bedrijven die interesse tonen om te mijnen, maar er is geen ruimte voor ze, omdat concessies zijn uitgegeven. We denken nu na over hoe we dit gaan aanpakken. De mensen hebben hun beschikkingen, maar hoe kun je deze gebieden, concessies, productief inzetten?’
PK
