Suriname staat op het punt alle kunststukken uit de koloniale periode in Nederland terug te krijgen. De Nederlandse ambassadeur Henk van der Zwan heeft afgelopen vrijdag hiervoor de eerste bespreking gehouden met minister Marie Levens van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur.
Levens was al begonnen intern gesprekken te voeren hierover. ‘We moeten als land in staat zijn om de kunstwerken in ontvangst te nemen. Er moet een geschikt gebouw zijn voor de opslag, personeel moet getraind worden voor het onderhoud en hiervoor is bovendien financiering nodig’, aldus minister Levens, zo bericht de Communicatie Dienst Suriname.
Levens probeert de teruggave in een projectvorm uit te voeren, die zal samenlopen met het project ‘Herstel Binnenstad’. Het ministerie heeft ervoor gekozen hierbij delen van de stad op basis van protocollen over te geven aan particulieren voor onderhoud. ‘We kunnen misschien enkele van deze gebouwen inzetten als musea om de kunstwerken te verspreiden.’ Dit kan volgens haar zorgen voor vergroting en diversificatie van het toerisme in Suriname.
De teruggave van de objecten is onderdeel van een breder ‘herstel van onrecht’. De Nederlandse Adviescommissie Nationaal Beleidskader Koloniale Collecties werd vorig jaar op verzoek van de demissionaire minister van Cultuur, Ingrid van Engelshoven, ingesteld door de Raad voor Cultuur, met als opdracht een advies te formuleren over de omgang met koloniale collecties. Het rapport adviseerde de teruggave van de kunstwerken.
Van der Zwan zei dat de Tweede Kamer onlangs een debat heeft gevoerd om een nieuwe dynamiek te brengen in de relatie met Suriname. Er is één motie aangenomen om een gebaar te doen aan de nabestaanden van Anton de Kom. ‘We kijken naar een leerstoel, een lezing of een programma studiebeurzen’, aldus de ambassadeur. De tweede motie is een appel aan de regering om meer middelen voor culturele samenwerking tussen Nederland en Suriname.