“Ik kreeg een knobbeltje in mijn linkerborst en ik had zoiets van: kliertjes. Maar het werd groter en groter, net zo groot als een rijksdaalder. Na zes maanden werd er een biopsie gemaakt en was het zo groot als een kiwi. Als je hoort dat je kanker hebt, dan lijkt het alsof je wereld instort.” Het overkwam Ann Kromo. Gelukkig was zij er op tijd bij. “Om eerlijk te zijn, wist ik niet eens wat het was. Ik vermoedde gewoon een vetkliertje, maar nee. Want toen hoorde ik dat het dus kanker was, borstkanker. Toen ben ik gaan lezen erover. Ik ben het gaan opzoeken, want ik wist niets over kanker. Op internet kan je zoveel vinden, mensen die ziek zijn, mensen die beter zijn geworden, mensen bij wie een borst is geamputeerd. Ik heb een borst besparende operatie ondergaan, want ik had geen uitzaaiing. Ik was in principe op tijd, maar ik leef ook wel gezond.”
Ann herinnert zich de eerste keer dat ze chemotherapie kreeg. “Als je chemo hebt gehad, lijkt het alsof je huid brandt Je hebt een branderig gevoel in je lichaam. Ik werd snel moe, dat heb ik zeker twee jaren gehad. Ik voelde me heel moe, alsof ik de hele nacht niet geslapen had.” Uiteindelijk bleek ze genezen te zijn van borstkanker, maar in 2006 werd ze geconfronteerd met een cyste, die het noodzakelijk maakte dat daar linker eileider moest worden verwijderd. En alsof dat niet genoeg was, kreeg ze in 2018 de diagnose baarmoederhalskanker. Een spoedoperatie was het gevolg.
“Kanker hebben wil niet zeggen dat je doodgaat hoor, want er zijn genoeg medicamenten. De medische wereld is zo gigantisch uitgebreid tegenwoordig, dat als je kanker hebt, je niet meteen de dood voor ogen hebt. Ik had zelf wel zoiets van: dit gaat nu mijn dood betekenen. En kijk, ik leef nog. Je moet er wel op tijd bij zijn. Daar gaat het om, en je moet niet bang zijn om naar de dokter te gaan. Ik hoor ook van kruiden, plantaardige kruiden. Het is uit de natuur, dus waarom zou je niet kunnen gebruiken? Mijn advies voor de mensen: op tijd naar de dokter, gezond eten en veel fruit.”
Kanker is wereldwijd de op één na belangrijkste doodsoorzaak. Elk jaar sterven 10 miljoen mensen aan deze ziekte. Ten minste een derde van de meeste kankers is te voorkomen. Uit cijfers van de WHO blijkt dat 70% van de sterfgevallen door kanker plaats vindt in landen met een laag tot middeninkomen. Elk jaar zouden tot 3,7 miljoen levens kunnen worden gered door preventie, vroege opsporing en behandeling.