“90 afgestudeerden ICT in Education worden efficiënt ingezet”
Yuro Dipotaroeno, waarnemend directeur Algemeen Vormend Onderwijs van het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (Minowc) is van mening dat elke leraar creatief moet omgaan met het bieden van onderwijs op afstand. De covid-toestand eist nu eenmaal een andere aanpak. Het ministerie gaat in dat kader de 90 afgestudeerden van de opleiding ICT in Education effectief inzetten. Er is veel verwarring is ontstaan door de mededeling van de Volksgezondheidsminister, dat de scholen tot 6 februari gesloten blijven en vervolgens de mededeling van het Onderwijsministerie dat onderwijs op afstand per 28 januari ingaat. Dipotaroeno benadrukt in gesprek met Dagblad Suriname dat “de scholen nog gesloten blijven tot 6 februari”. “Onderwijs op afstand heeft niet per se te maken met online onderwijs, het heeft vooral te maken met het opstarten van het onderwijs zonder dat kinderen fysiek aanwezig zijn, en dat kan op verschillende manieren.”
In de periode tot 6 februari is de instructie dat de leerkrachten afspraken maken met de ouders hoe het een en ander aan te pakken. Nadat de werkboeken zijn opgehaald door de ouders, is het de leraar die dan instructies geeft aan de kinderen om thuis opdrachten uit te kunnen voeren zodat het onderwijs niet stilstaat. Toetsmomenten vinden vooralsnog niet plaats. Volgens Dipotaroeno wordt er veel rekening gehouden met kinderen die geen toegang hebben tot internet. “We zijn druk bezig om met de radio en televisie te beginnen, wat geenszins de bedoeling is om dit met het heel onderwijsproces te vervangen. We willen extra aandacht besteden aan het binnenland, dat is een uitdaging omdat de leraren nog niet op hun standplaatsen zijn. Via de radio proberen we hen te bereiken, we zijn in gesprek met radiostations.”
Doordat er diverse vormen gehanteerd wordt bij het bieden van onderwijs op afstand is de vraag hoe het ministerie ervoor zal zorgen dat alle kinderen uiteindelijk op één lijn zitten? Daarop geeft Dipotaroeno aan dat het inderdaad niet makkelijk wordt. “Als we kijken naar het hele onderwijssysteem, dan is er altijd een bepaalde mate van ongelijkheid. Wat je aan het eind wil is dat een ieder dezelfde competenties en vaardigheden bezit. En daarvoor is er een apart programma. De covid-situatie laat het nu niet toe om uniformiteit te hanteren. Niet alleen Suriname, de hele wereld staat stil qua onderwijs. Dat we het schooljaar veilig afsluiten, staat als een paal boven water.” Dipotaroeno geeft tot slot aan dat elke stakeholder betrokken zal worden in het programma wat het ministerie aan het opstellen is. Daarbij is de focus vooralsnog op de probleemvakken rekenen en taal. De integrale aanpak waarbij de overige vakken ook geïncorporeerd worden, is ook iets wat het ministerie nastreeft.
