Het is 2011. De toenmalig voorzitter van de presidentiële Commissie Ordening Goudsector, Gerold Dompig, kwam met het voorstel een fonds in het leven te roepen, waarop goudzoekers een beroep zouden kunnen doen voor financiële steun bij de aanschaf van milieuvriendelijke winningsmethoden/-apparatuur. Dat fonds is, voor zover bekend, er nooit gekomen. Ook waren er dat jaar plannen voor de opzet van drie ‘schools of mining’, te Snesi Kondre, Sarakreek en Brokopondo Centrum. Daar zou goudzoekers geleerd worden hoe om te gaan met milieuvriendelijk goudwinnen. De Stichting Suriname Environmental and Mining Foundation (Semif) had hiertoe een overeenkomst getekend. Voor de school te Snesi Kondre was US$ 244.440 beschikbaar gesteld. Maar, na 2011 bleef het ook stil rond deze opleidingen voor goudzoekers.
Dagblad Suriname heeft over de uit 2011 daterende plannen minister David Abiamofo van Natuurlijke Hulpbronnen benaderd, maar die was niet bereikbaar voor een reactie. Het is vooralsnog onduidelijk waarom het fonds er nooit is gekomen en hoe het is gesteld met die ‘mijnbouwscholen’.
Sinds 2011 is er feitelijk amper iets gedaan om kwik daadwerkelijk uit te bannen, laat staan om goudzoekers te ondersteunen in pogingen af te stappen van kwik en over te stappen op bijvoorbeeld het gebruik van milieuvriendelijke methoden om goud te winnen, en die zijn er in voldoende mate en vormen. Het is regeringen niet gelukt om kleinschalige goudzoekers in het achterland, ook wel porknokkers of (Braziliaanse) garimpeiros genoemd, (financiële) middelen te bieden, waardoor zij over zouden kunnen stappen op milieuvriendelijke winningsmethoden. De goudzoekers beweren niet het geld te hebben om over te stappen op ‘groene’ winningsmethoden. Maar, wat ongetwijfeld ook meespeelt is een stukje traditie, gewoonte. De goudzoekers weten niet beter: goud winnen doe je nu eenmaal met kwik. Dit middel lijkt, net als de scalians, te worden gedoogd. Het komt het land gewoon via smokkelroutes binnen. De import ervan is verboden.
Op het gebruik van kwik in de goudvelden wordt nauwelijks structureel gecontroleerd door agenten en/of militairen. Voor zover bekend is er nog nooit welke hoeveelheid kwik dan ook in een goudveld in beslag genomen of een goudzoeker voor het gebruik ervan beboet of opgepakt.
Op kleine schaal heeft WWF Guianas getracht goudzoekers te bewegen over te stappen van het gebruik van kwik naar groene, milieuvriendelijke winningsmethoden. Een enkel klein goudwinningsbedrijf heeft zelf de aanzet gegeven om milieuvriendelijk goud te winnen, zoals Sarafina NV, dat gebruik is gaan maken van zogenoemde ‘shaking tables’.
Komt er geen adequate aanpak van het kwikprobleem in het binnenland, dan blijven goudzoekers kwik gebruiken en de biodiversiteit, waar Suriname internationaal altijd op allerlei fora en congressen graag mee loopt te pronken, verontreinigen en vernietigen, zoals bijvoorbeeld het geval is in het Brownsberg Natuurpark.
Een kleine aanzet om kwik wel aan te pakken werd gegeven in maart 2018, toen De Nationale Assemblee de ontwerpwet houdende ratificatie van het Minamata Verdrag met algemene meerderheid van 39 stemmen goedkeurde. Het doel van dat wereldwijd verdrag is het verminderen van kwikgebruik in met name goudwinningsgebieden. Suriname is met de ondertekening van dit verdrag formeel gebonden aan aanpassing van nationale wet- en regelgeving aan de internationale regels tegen kwikgebruik.
Toenmalig minister van Natuurlijke Hulpbronnen Regilio Dodson zei in maart 2018, dat met ondertekening van het Minamata Verdrag, niet onmiddellijk gestopt hoeft te worden met het gebruik van kwik in het land. De regering had daartoe met belanghebbenden een stappenplan ontwikkeld hoe de uitfasering zou moeten gaan plaatsvinden. De bedoeling was dat medio 2018 met de uitvoering zou worden begonnen. De kosten waren geraamd op ruim US$ 30 miljoen. Maar, wat is ervan terechtgekomen? Het is het bekende verhaal: weinig tot niets, er is in ieder geval niet door de regering Bouterse-Adhin over gecommuniceerd met de samenleving.
Het heeft er alle schijn van dat het gebruik van kwik door regeringen net zo werd gedoogd, als de aanwezigheid van scalians op rivieren, kreken en het stuwmeer.
PK