Na ongeveer 6 maanden nieuwe regering, is het bij de stakeholders die in de adviesorganen van de regering zitten en hun achterban bekend dat er modellen zijn aangedragen om sneller te komen aan een herstel van de economie en te komen tot een leefbaar Suriname. Deze opties zijn door de stakeholders met hun achterban besproken en daarom in die kringen al bekend. Het is nu aan de regering welke van de opties en op wel termijn die kunnen worden uitgevoerd. De regeringen zijn altijd ook geneigd om ook een politieke overweging te maken, want in de politie wordt nagenoeg altijd rekening gehouden met de komende verkiezingen. Ten eerste moet opgemerkt worden dus dat het niet helemaal slim is om een programma tot macro-economisch herstel zodanig aan te merken en te begrijpen dat het ook bedoeld is voor sociale verandering. Want daarvoor is bijvoorbeeld het ministerie van Financiën niet verantwoordelijk, eerder die van Sociale Zaken, EZ en Arbeid. De opmerking vooral van de stakeholders die kijken naar de belangen van de kleine man, bijvoorbeeld de wrokoman, is dat de maatregelen ook gericht moeten zijn naast macro-economisch herstel ook op de sociale maatregelen. En dat de maatregelen zullen leiden tot meer armoede oftewel dat die maatregelen zullen leiden tot meer uitgaven wat betreft de eerste levensbehoeften. Dan hebben wij het bijvoorbeeld over de afbouw van de subsidie en de aanpassing van de tarieven van water en stroom zoals door de president is afgekondigd rond nieuwjaar. We hebben in het kader van het IMF, toen de vorige regering zaken met de instelling wilde doen, aangegeven dat het niet waar is dat het IMF geen oog heeft voor de sociale effecten van haar de economische maatregelen. Het IMF is weliswaar iets concreter in het aanbevelen van de economische maatregelen, dan kan door het instituut in detail worden benoemd. Wat betreft de sociale maatregelen is het IMF over het algemeen niet detaillistisch, omdat bij sociale steun het niet alleen gaat om sociale statistieken zoals armoede en inkomen, maar ook om de culturele gegevens van een land. Zo is het van belang om te weten hoe behoeftige mensen graag willen worden bijgestaan door de regering. Die details heeft het IMF niet en daarom laat dit instituut het in details regelen van de sociale maatregelen, zonder voortrekkerij en corruptie, over aan de nationale regeringen. Wat er dan meestal in slecht georganiseerde en corrupte landen als Suriname gebeurt, is dat de regering de moeite niet neemt om een goed sociaal programma op te zetten of dat in de uitvoering er veel hiaten zijn en de hulp belandt bij de mensen die goede connecties hebben en niet de mensen die de hulp echt nodig hebben. Of de hulp is niet in de vorm zoals lokale gemeenschappen dat willen. Door nalatigheid van de regeringen krijgen IMF-programma’s een inhumaan gezicht en wanneer de kritiek er komt dan schuift het publiek het op het IMF en dat komt de politiek goed uit, want de blame komt dan op het IMF en indirect op de regering. De regering heeft dan in het land mensen in overvloed om haar te verdedigen, maar het IMF houdt geen persconferenties in kleine landen. En zo is het dan dat door nalatigheid en slechte voorbereiding van de sociale kant van aanpassingsprogramma’s, IMF de boeman wordt uiteindelijk. De impopulariteit van het IMF heeft echter geen impact om het bestaan van het orgaan, omdat het als Brettons Woods instituut aanvankelijk de intentie niet had om landen als Suriname bij te staan. De economische maatregelen waarover de regering het heeft die hebben ook te maken met de aanpassing van de omzetbelasting, dit kan prijsverhogend werken en dus een sociaal effect hebben dat later in een sociaal programma weer gerepareerd moet worden. Het is een heel goed idee om de heffingen in de kleinschalige goudwinning te verhogen, de canon tarieven van grondhuur te verhogen. De regering moet zeker ook de tarieven voor de export van vis en hout verhogen.
De regering heeft inmiddels de bedragen van kinderbijslag en AOV al verhoogd, ook financieel bijstand. Voedselpakketten zijn een goede manier om huishoudens die hulp behoeven, te helpen. Het probleem daarbij is dat zowel in de tijd van Venetiaan als de laatste 10 jaar, daar veel corruptie mee is gesjoemeld. De politiek houdt dan via de rr een greep op de distributie, waardoor alleen partijmensen worden genoteerd. Zo komt het voor dat weduwen die alleen afhankelijk zijn van ouderdomsuitkeringen noch door de vorige regering noch door de huidige regering zijn genoteerd. De roep is er ook om niet iedereen tegemoet te komen, maar alleen de mensen die hulp nodig hebben. Dus om te gaan van objectsubsidie (zoals de algemene subsidie van stroom) naar subjectsubsidie (meehelpen betalen van stroom voor huishoudens die dat niet kunnen). Ook hier waarschuwen we de regering om te waken voor corruptie.