Door de VN is de 2020 UNiTE-campagnethema: “Orange the World: Fund, Respond, Prevent, Collect!” gelanceerd. De 16 dagen van activisme tegen gendergerelateerd geweld van het VN-systeem is van 25 november tot 10 december. De campagne UNiTE is van de secretaris-generaal van de VN om tegen 2030 geweld tegen vrouwen te beëindigen. Terwijl de wereld zich terugtrok in huizen vanwege de lockdown-maatregelen die werden ingevoerd om de covid-19-pandemie te beteugelen, toonden rapporten een alarmerende toename van de reeds bestaande pandemie van geweld tegen vrouwen. De crisis noteerde een piek in de rapportage over huiselijk geweld, precies op het moment dat diensten, waaronder de rechtsstaat, gezondheid en opvangcentra, down waren om de pandemie aan te pakken, zegt de secretaris-generaal van de VN. De VN-baas is de mening toegedaan dat de burgers een verschil kunnen maken tijdens de aanhoudende covid-19-pandemie en de aanhoudende crisis die het over de hele wereld heeft veroorzaakt. De burgers kunnen vrouwen en meisjes die geweld hebben overleefd, steunen om veilig en vrij van geweld te blijven. De burgers worden opgeroepen om actie te ondernemen tijdens de 16 dagen van activisme van dit jaar om gendergerelateerd geweld te beëindigen. De 16 dagen van activisme tegen gendergerelateerd geweld is een jaarlijkse internationale campagne die begint op 25 november, de internationale dag voor de uitbanning van geweld tegen vrouwen, en loopt tot 10 december, de dag van de mensenrechten. Het werd gestart door activisten van het inaugurele Women’s Global Leadership Institute in 1991 en wordt nog steeds elk jaar gecoördineerd door het Center for Women’s Global Leadership. Het wordt gebruikt als een organisatiestrategie door individuen en organisaties over de hele wereld om op te roepen tot het voorkomen en uitbannen van geweld tegen vrouwen en meisjes. Ter ondersteuning van dit initiatief van het maatschappelijk middenveld, onder leiding van de secretaris-generaal van de VN, António Guterres, roept de campagne UNiTE by 2030 to End Violence against Women (UNiTE-campagne) van de secretaris-generaal van de Verenigde Naties op tot wereldwijde acties om het bewustzijn te vergroten en belangenbehartiging te stimuleren inspanningen, en kennis en innovaties delen.
In Suriname is er nog wel gendergerelateerd geweld specifiek tegen de vrouwen. We ervaren nog regelmatig gevallen van moord op vrouwen in de huiselijke sfeer. Op social media zijn dan de meningen over deze moorden verdeeld. Er zijn burgers in de samenleving die geloven in geweld tegen de vrouwen in relaties, geweld dat gerechtvaardigd is. Dat zou het geval zijn wanneer vrouwen een buitenechtelijke relatie eropna houden of een relatie beëindigen waarin er veel ‘financiële investeringen’ zijn gepleegd door de man. Er zijn geen sterke krachten in de samenleving die bijvoorbeeld geïnstigeerd zijn door de overheid, waarbij men deze stemmen kan bereiken. De campagnes van onze regeringsautoriteiten zijn zodanig grassroots gebaseerd dat ze de kleine man bereiken. De machocultuur is stevig verankerd in de zogenaamde getto-cultuur die veel spraakzamer is dan de andere subculturen. Het geloof in gerechtvaardigd gendergeweld is stevig verankerd in het denken van Surinaamse subculturen en de ministeries van Juspol/Sozavo (dat de opvanginstelling tegen huiselijk geweld beheert) en van Biza (dat Nationaal Bureau Genderbeleid beheert) zijn niet in staat geweest om dit persistent subcultuur de kop in te drukken. Waar de grip al helemaal niet op bestaat is het gedrag in de gemeenschappen van de vreemdelingen waar er normaal veel geweld wordt gebruikt, zoals in de vissersgemeenschappen waar veel vreemdelingen actief zijn. Hetzelfde geldt overigens ook voor de overheidsverantwoordelijkheid op het gebied van de overheidspolitiek. Er zijn in het kader van deze dag 3 ministeries (Defensie, Biza, Arbeid) uitgekomen, waarbij slecht 1 ministerie (Arbeid) concrete plannen in verband met deze dag heeft aangekondigd. Er worden door de regering 2 stuks wetten voorbereid die geweld en seksuele intimidatie op het werk zullen aanpakken en ook zal de discriminatie op basis van onder andere sekse in een andere wet worden behandeld. De wetgeving is maar een begin, maar het is wel een structurele aanpak. Veel hangt ook af van wat de regering doet nadat de wetgeving is aangenomen, soms samen met de belangengroepen. Wij hebben het dan hier niet primair om controle, maar om vooral preventie en bewustwording, door de belangengroepen naar de eigen leden toe. Daardoor hoeft de staat niet telkens de politieman te spelen, maar kunnen bedrijven zelf samen met de werknemers beleid formuleren en deze samen in de bedrijven ‘enforcen’. Het gendergerelateerd geweld in Suriname heeft soms een culturele en soms een subculturele achtergrond en soms valt het binnen de cultuur van geweld in zijn algemeenheid waarvan mannen, vrouwen en kinderen slachtoffer worden. Er is enorm veel stof voor sociologen om het geweld tegen vrouwen in Suriname te verklaren en het kind bij de naam te noemen. Na deze studies kan de zaak bij de kern worden aangepakt. We merken dat bij de vrouwen die opgevangen worden, de financiële afhankelijkheid nog een rol speelt. Op den duur zit men zonder middelen en zonder huisvesting en keert men noodgedwongen terug in de gewelddadige relaties.