“Ondanks zoveel taken kom je eind van de maand toch niet helemaal uit”, zegt een burger tegenover de krant. De burger, die aan veel klusjes doet om uit te komen, geeft aan dat het met de dag moeilijker wordt en is hij bang dat het erger zal worden. De burger heeft geen vaste inkomsten en is langer dan 10 jaar op de hossel. Als hosselaar geeft hij aan dat hij meerdere dingen bij moet doen om het toch nog te overleven. “Ik hossel, verkoop kleren, doe aan de bouw en rij taxi. Toen de bussen niet reden, was hij taxichauffeur en fungeerde als een vervangende bus. Ondanks ik zoveel doe, merk ik dat ik niet uitkom. Je verwacht juist dat je uitkomt en ook nog kan genieten na al dat hard werken, maar het werkt nu niet. Met een huishuur van US$ 400, vaste lasten, vrouw en drie kinderen is het heel moeilijk voor iemand zonder een vast inkomen. Mijn vrouw helpt ook met de hossel en zorgt daarnaast voor de drie kinderen van ons. Zij verkoopt van huis uit zuurgoed, ijsjes en stikt op bestellingen. Maar dat loopt deze dagen zelfs niet. Een paar jaren terug zei ik nog tegen mezelf dat wij als gezin echt gezegend zijn. In a ting u bing draai, maar nu moeten we harder werken om uit te komen; alles is omgekeerd. Nu kunnen we alleen maar werken en hopen dat er betere dagen komen. Er werd gezegd dat wij samen gaan werken aan een betere toekomst, er werd juist bedoeld dat de burgers harder moesten werker voor een betere morgen.”
TM