Het is rond half twee in de namiddag. De zon staat pal boven. Langs de Goede Verwachtingweg loopt een drietal leerlingen in groen uniform. De mondkapjes staan allemaal aan de kin. De zon is genadeloos. De leerlingen van de lagere school zien er uitgeput uit. Als de verslaggever van Dagblad Suriname naar de kindertjes toe loopt, aarzelen zij even. “Dag meneer”. “Naar welke school gaan jullie?” Opnieuw wordt erg geaarzeld. Uiteindelijk geeft één der pupillen aan: “Bij het Marowijneproject.” Het Marowijneproject is vanuit de locatie waar de leerlingen werden gesproken bijkans 2 kilometer verwijderd. Na wat geruststelling durven de kinderen wat meer te zeggen. “Wij kunnen niet met de bus gaan. Mijn moeder zegt: is te duur. Maar wij houden van school.” Op de vraag of zij wat gegeten hebben, geeft één der leerling aan: “Ja brood, maar dat was s’ morgens. Er is een maé op school die lekkers verkoopt. Maar alles is duur. Soms sparen we wat geld om toch wat te kopen.”
Over de buitengewone omstandigheden waarin het schooljaar is gestart, zegt het drietal dat het heel anders is, maar desondanks zij uitkijken naar een leuk en leerrijk schooljaar. Uit onderzoek blijkt dat enkele jaren terug de nieuwe buslijn Paramaribo-Goede Verwachting (PGV) gestart is. Daarvoor moesten de bewoners van dit gebied in enkele kilometers lopen om of de Paramaribo-Ephraimzegen (PE) bussen te pakken of vanuit de Coesewijnebrug de PSB- of PS-bussen te gebruiken, die alleen zuidelijk Paramaribo aan doen. Dat zorgt over het algemeen voor gevaarlijke situaties bij de brug. Van de drastische stijging van de bustarieven zijn vooral leerlingen uit gezinnen die het minder breed hebben vooral de dupe. Van ouderen in onze samenleving hoor je vaker verhalen over hoe zij grote afstanden aflegden om de school te bezoeken. Het is dan jammer dat vele decennia later er nog steeds kinderen zijn die dat ook moeten doen. Ondanks de vele berichten over staatsbussen en verlichting voor schoolkinderen is de harde realiteit dat ook in 2020 honderden van onze Surinaamse leerlingen, die de toekomst van ons land zijn, kilometers moeten lopen om onderwijs te kunnen genieten.