Suriname heeft in Amerika een goede partner gevonden. Dit zei de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Michael Pompeo donderdagmiddag tijdens een persconferentie tijdens zijn bliksembezoek aan Suriname. ‘Ik ben blij hier te zijn vandaag en het is de eerste keer in 45 jaar dat de VS op bezoek is in Suriname. Dit bezoek is een teken van de groeiende band tussen Suriname en Amerika’, sprak Pompeo, aldus de Communicatie Dienst Suriname.
President Chandrikapersad Santokhi zei, dat dit historisch bezoek een weerspiegeling is van de langdurige vriendschappelijke band tussen de twee landen. ‘Tijdens onze beraadslaging hebben we het belang van dit bezoek en de verdere verdieping van de politieke relatie besproken, daarbij meegenomen de bilaterale banden en onderlinge samenwerking. Ook hebben we van deze gelegenheid gebruik gemaakt om van gedachten te wisselen over internationale en multilaterale ontwikkelingen.’
President Santokhi is ervan overtuigd, dat de bilaterale samenwerking op verschillende terreinen, zoals handel en investeringen, bestrijding van transnationale georganiseerde misdaad, gezondheid, leger, investeringen, defensie, justitie en politie en de politieke samenwerking zal versterken. ‘In de komende dagen en weken zullen de twee ministeries van Buitenlandse Zaken eraan werken om de aangedragen voorstellen verder uit te werken.’
‘In het onderhoud dat ik had met minister Ramdin hebben wij gesproken over belangrijke kwesties die mij vertrouwen geven in de toekomst van ons constructieve partnerschap op basis van democratische waarden en de bescherming van de mensenrechten en onze nauwere economische banden’, zei minister Pompeo.
Hij feliciteerde president Santokhi mijn zijn overwinning bij de laatst gehouden verkiezingen en zei het een genoegen te vinden de president te mogen ontmoeten. Hij verzekerde president Santokhi en de Surinaamse gemeenschap, dat Suriname een goede partner heeft in de Verenigde Staten.
President Santokhi vroeg de Amerikaanse minister de groeten en de beste wensen namens Suriname over te brengen aan president Donald Trump.