Voor de wederopbouw van Suriname kan het land alle hulp van iedereen gebruiken, zegt de Surinaamse minister van Buitenlandse Zaken Albert Ramdin. De nieuwe regering wil op een zorgvuldige manier, zonder corruptie, zaken doen. Ramdin bracht die boodschap dit weekend over aan een groep Nederlandse Surinamers die was uitgenodigd op de ambassade in Den Haag.
Ramdin is na tien jaar de eerste minister van Buitenlandse Zaken en vertegenwoordiger van de Surinaamse regering die een bezoek brengt aan Nederland. De relatie tussen Suriname en Nederland bekoelde in 2010, toen Desi Bouterse president werd, vanwege de betrokkenheid van Bouterse bij de Decembermoorden. Ook is Bouterse bij verstek veroordeeld in verband met een drugstransport. De nieuwe regering Santokhi-Brunswijk wil de betrekkingen met Nederland weer herstellen.
Ramdin wond er tijdens de bijeenkomst geen doekjes om dat Suriname er financieel slecht voor staat, nadat de vorige regering het land met zeker 2,5 miljard euro aan schulden heeft opgescheept. Schuldsanering is dan ook een van de belangrijkste agendapunten voor Ramdin in een gesprek met zijn Nederlandse ambtsgenoot Stef Blok.
Ondanks de penibele financiële situatie is Suriname volgens Ramdin toch een land met potentie. De recente olievondsten zijn daarvan een voorbeeld, aldus een optimistische minister.
Behalve het gesprek met Surinamers die in Nederland wonen, staan er voor maandag en dinsdag gesprekken op de agenda met minister Blok en minister Sigrid Kaag van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Een belangrijk gespreksonderwerp is de aanstelling van ambassadeurs in beide landen en de diplomatieke steun die de landen elkaar kunnen geven op internationaal niveau. Ook de Covid-19 situatie en armoedebestrijding staan op de agenda.