Achtereenvolgende regeringen zijn er maar niet in geslaagd de ontwatering van Paramaribo op orde te krijgen. Ondergelopen wegen, percelen, enzovoorts, zijn een al decennia terugkerend probleem. Regeringen lijken niet te willen investeren in een duurzame oplossing, terwijl wateroverlast jaarlijks zorgt voor veel ellende, ongemak en economische schade. Met nu en dan opschonen van kanalen, kreken, trenzen en duikers los je als overheid het probleem niet op. Het is op een beschamende wijze pappen en nathouden. Maar, er is licht aan een verre horizon: een hernieuwd Masterplan Ontwatering Paramaribo, een opfrisstudie van het eerste plan uit 2002.
Een lichtpuntje was dat in april 2019 oud-minister Gillmore Hoefdraad van Financiën 35 miljoen Amerikaanse dollar wist te lenen bij de Wereldbank voor rehabilitatie van het Saramaccakanaal. De uitvoering van het project zal 5 jaren duren. Het rehabilitatieproject moet bijdragen aan de ontwatering van Paramaribo bij zware regenbuien, waardoor het onderwater lopen van de binnenstad tot het verleden moet gaan behoren. Ook is het updaten van het masterplan ‘Ontwatering groot Paramaribo’ uit 2002, onderdeel van het project. Diverse ressorten van Paramaribo zijn afhankelijk van het Saramaccakanaal als het gaat om ontwatering.
Ingenieur Dharm Mungra is positief gestemd over dit project. ‘Hiermee wordt zeker 40 procent van het ontwateringsprobleem opgelost’, aldus Mungra die zeer betrokken is geweest bij ontwateringsplannen. In opdracht van het Surinaamse ministerie van Openbare Werken hadden Broks-Messelaar Consultancy (Amersfoort), Sunecon (Paramaribo), Delft Hydraulics (Rotterdam) en DHV Water (Amersfoort) in het voorjaar van 2001 een Beheersplan opgesteld als onderdeel van het Masterplan Ontwatering Groot Paramaribo. Het gehele masterplan werd in 2002 voltooid. Messelaar verklaarde in mei 2006, dat de uitvoering van dit grootse plan niet werd uitgevoerd, omdat er onvoldoende financiering voor werd gevonden. Opmerkelijk, vooral omdat president Venetiaan in zijn jaarrede van 2000 verklaarde: ‘Aan de hand van het af te ronden Masterplan inzake de ontwatering van Groot-Paramaribo, zal onze hoofdstad worden bevrijd van het steeds terugkerend probleem van het onderlopen van grote delen ervan’. Na voltooiing van het masterplan moest de uitvoering volgen.
Mungra is bekend met het plan, hij was bij de opzet ervan betrokken. Hij is positief gestemd over het plan, maar mist één belangrijk aspect. ‘Er valt tijdens regenbuien vaak zoveel water, maar dat kan niet in één keer worden afgevoerd. Er moest bergingscapaciteit komen om al het water in op te vangen. Dat werd echter niet in het plan opgenomen. Het plan is verder goed, met structurele oplossingsmodellen, maar nog steeds niet volledig uitgevoerd. Zo zijn er nog geen nieuwe ontwateringswegen en afvoerkanalen gekomen. Stukken grond die daarvoor waren bestemd, werden verkaveld voor politieke vriendjes.’
Volgens Mungra was er in 2010 een onderhoudsachterstand van lozingen en dergelijke van 15 jaar. ‘Men kocht dienstvoertuigen in plaats van materieel voor een goede aanpak van wateroverlast. Men heeft er een puinhoop van gemaakt. Beleidsmakers bij het ministerie van Openbare Werken hadden er geen snars van begrepen, ze waren geen deskundigen. Deskundigen weten prioriteiten te stellen.’
Civiel ingenieur Ronnie Blufpand van Sunecon Engineering Consultants zegt in een reactie, dat er inmiddels een internationale aanbesteding is geweest voor een herstart van het masterplan. Feitelijk een vervolg, een update van het plan uit 2002. Let wel, na bijna 20 jaren gaat men in opdracht van de regering aan een opfrismasterplan werken. ‘Ook wij hebben ingeschreven en zijn in afwachting van de uitkomst.’ Hij bevestigt dat delen van het oorspronkelijk plan zijn uitgevoerd. Ook zegt hij, dat ‘best zou kunnen dat het eerste plan te lang in de la heeft gelegen’.
Het definitief voorkomen van wateroverlast in Paramaribo lijkt utopie te blijven. ‘Hier en daar worden delen van het plan uit 2002 uitgevoerd. Maar, het lijkt simpelweg geen beleidsprioriteit te zijn’, aldus Mungra.