‘Welkom bij Car Rental City Suriname, een vakantie in Suriname is pas compleet met het huren van een auto. Hiermee ontdekt u het hele land en kunt u gaan en staan waar u wilt, behalve bauxietwegen, maar we hebben wel auto’s speciaal voor bauxiet (vraag ernaar).’ Dit is een tekst op de website van autoverhuurder Car Rental City te Zorg en Hoop. Maar, toeristen – een voorname inkomstenbron – blijven weg, het luchtruim is gesloten. Auto’s worden nauwelijks nog verhuurd en staan vooral werkloos bij de verhuurbedrijven geparkeerd. Directeur Clyde Sloote van Car Rental City spreekt van een omzetdaling van 70-90%. Het zijn vooral de ingestelde avondklok en de weg blijvende toeristen die de autoverhuur hard treffen. ‘Het lijkt nu meer op een automarkt bij ons, terwijl de auto’s op straat zouden moeten zijn.’ Dat de auto’s zo lang geparkeerd staan, heeft volgens Sloote geen extra onderhoudskosten tot gevolg. ‘Ik heb wel twee personeelsleden moeten bedanken en 4 van de 78 wagens moeten verkopen om schulden te kunnen betalen.’ Hij en de ontslagen personeelsleden hebben getracht in aanmerking te komen voor financiële compensatie vanuit de overheid. ‘Maar, het is daar een bureaucratische chaos, je wordt er moe van.’ Financiële compensatie lijkt ver weg voor de autoverhuurbedrijven. Sloote: ‘Als dit nog 6 maanden duurt, dan moet ik iets anders gaan zoeken en dreigt een faillissement.’
Collega De Vries (die alleen met zijn achternaam vermeld wil worden) van DCars Rental aan de Fred Derbystraat in Paramaribo schetst ook een weinig rooskleurig beeld van de autoverhuurbranche. ‘Tja, de markt is vrij slap. Je moet roeien met de riemen die je hebt, maar we hebben al onze auto’s nog, zo tussen de 60-80. Onze omzet is zeker met zo’n 70 à 90% gedaald. Gelukkig hebben wij vaste huurders en verhuren wij ook vervangende auto’s aan mensen, die door omstandigheden hun eigen auto tijdelijk moeten missen.’ De Vries hoopt dat het luchtruim spoedig wordt geopend, want ook zijn car rental moet het toch vooral hebben van toeristen. En financiële compensatie vanuit de overheid? ‘Ik weet hoe het gaat. U denkt toch niet dat ik ergens, onder een brandende zon, in de rij ga staan?’