Agnes Moensi-Sokowikromo, financieel directeur tevens waarnemend managing director van de Staatsolie Maatschappij Suriname N.V. gaf gisteren aan dat het bedrijf altijd een plan B en C heeft klaarliggen. “Staatsolie werkt scenario’s uit en we zijn altijd ready voor alles wat er naar ons kan toekomen.” De waarnemend algemeen directeur gaf een gedetailleerde uiteenzetting van de plannen van Staatsolie rond de exploitatie van de olievondsten voor de kust van Suriname. Moensi-Sokowikromo ging ook in op vragen van media en werd bijgestaan door countrymanager Ian Roberts van Apache. Zij gaf een dat de inkomsten van Staatsolie en daarmee de staat zullen bestaan uit royalty’s en ‘winstolie’ (winst). Moensi legde uit dat van elke barrel 6 dollar betaald moet worden aan de staat. Nadat ontwikkelings- en andere kosten worden afgetrokken, blijft de zogenaamde winstolie over. Dat zal dan volgens een vastgestelde sleutel verdeeld worden tussen de Staat Suriname en Apache en Total SA.
Significant
Roberts was vol lof over de Keskesi-vondst. Hij noemde het ‘van wereldklasse en buitengewoon significant’. “This is a true world class discovery. It’s fantastic”, stelde Roberts. Hij gaf de technische informatie en stelde dat de zwarte olie een EPI waarde van rond de 34 heeft. Dat is goede olie die licht is. Bij een EPI van 40 heb je te maken met gas en exploitatie daarvan is vrij duur. “We moeten nog verder onderzoek doen, maar wij zijn echt ingenomen over de kwaliteit van de vondst. Het is goede kwaliteit olie en er zijn geen significante indicaties van contaminaties.”
Kredietwaardigheid versneld verbeteren
Moensi gaf aan dat de kredietwaardigheid van ons land versneld verbeterd moet worden. Staatsolie zal vierkant achter de regering staan. “Omdat de kredietwaardigheid van ons land laag is, heeft Staatsolie besloten niet internationaal te gaan. Een credit rating van C is niet aantrekkelijk voor internationale investeerders. Wij zoeken naar het juiste moment tegen 2024. Een rating van B naar boven is nodig. De regering heeft de ruimte om de credit rating omhoog te schroeven. Het zal een verloren kans zijn als we niet op de internationale markt gaan. Dat zullen we voorkomen. Staatsolie heeft altijd een plan B en C ready. Als we niet internationaal kunnen gaan dan is plan B om bij banken leningen aan te gaan. Plan C is gebaseerd op ownership. Dan ga je een deel van de block overgeven. We hopen dat het niet zover komt, maar wij hebben altijd plannen ready.” Voor de komende 20 jaar zou Suriname gemakkelijk 15 tot 20 miljard US$ kunnen verdienen aan één olieveld. Suriname kan op jaarbasis tussen de 500 miljoen en 750 miljoen US$ verdienen. De calculaties zijn op basis van onder andere een wereldmarktprijs van US$ 50 per barrel en productiekosten van US$ 6 per barrel.
Asad Mushtaq
