De V.S. hebben C-RAM luchtverdedigingssystemen bij hun ambassade in de Groene Zone van Bagdad ingezet om een escalatie van raketaanvallen door de Iranese gesteunde Kata’ib Hezbollah-militietroepen tegen te gaan.
De spanningen tussen de Verenigde Staten en de door Iran geleide milities zijn al maanden aan het opbouwen sinds een Amerikaanse drone aanval de Iraanse Islamitische Revolutionaire Garde Corps-Quds Force Commandant Qassem Soleimani op 3 januari doodde. De aanval doodde ook Abu Mehdi al-Muhandis, commandant van de Kata’ib Hezbollah (KH) militie.
Na de dood van Soleimani en Muhandis heeft een alliantie van KH, Popular Mobilization Forces, Asaib Ahl al-Haq, en de Iraakse nationalistische sjiitische geestelijke Moqtada al-Sadr, gezworen de VS te dwingen Irak te verlaten.
De militietroepen van Iran zijn sindsdien verantwoordelijk voor ten minste 25 raket- en mortieraanvallen op het Amerikaanse en door de VS geleide coalitiepersoneel. Het Amerikaanse leger reageerde door het inzetten van Counter-Rocket, Artillery, Mortar (C-RAM) systemen op Erbil en Ain al-Assad bases. Een anonieme hogere Iraakse veiligheidsbron bevestigde aan AFP dat de Ambassade van de V.S. in Bagdad een C-RAM systeem op 4 juli testte.
Het systeem maakt gebruik van dubbele antennes om doelen op te sporen. De primaire radar scant voortdurend op inkomende bedreigingen en meet de koers, snelheid en het traject van een potentieel doelwit. Zodra dat systeem het inkomende risico bevestigt, neemt het secundaire doelwitsysteem de controle over van een met zes lopen uitgerust, 20 mm Gatlin-kanon dat tot 75 rondes per seconde kan afvuren.
De C-RAM gebruikt M940 MPT-SD (multi-purpose tracer, zelfvernietigende) munitie. De zelfvernietigende functie voorkomt dat levende munitie naar beneden komt op vriendschappelijke gebieden en personeel. Een enkele $5,4 miljoen C-RAM systeem kan naar verluidt een 1,2 vierkante kilometer gebied verdedigen tegen bedreigingen vanuit de lucht met een 60 tot 70 procent shoot-down percentage.
