Bij 40 jaar VLOSS

Onderdirectoraat Lichamelijke opvoeding noodzakelijk

De Vereniging Lichamelijke Opvoeding Sport en Spel (VLOSS) is op 15 juli 1980 opgericht en bestaat in 2020, dus dit jaar 40 jaar. Bij de introductie van het algemeen leerplan (1965) 55 jaar geleden en de bouw van het Andre Kamperveen stadion (jaren 60) en de Anthony Nesty Sporthal (jaren 90) de twee enige grote sportaccommodaties in ons land geven aan welke plaats opeenvolgende regeringen vanaf de jaren 60 lichamelijke opvoeding (sportonderwijs) en de sport hebben gegeven.

En onderdirectoraat lichamelijke opvoeding is noodzakelijk om de positie van dit leergebied te verbeteren. Wat dat betreft was Johan Adolf Pengel (premier van 1963-1969) ver voor zijn tijd toen de SOSIS in die periode werd aangelegd. Ook onderwijsminister Alan Li Fo Sjoe (in 1985) had 35 jaar geleden de intentie de positie van de L.O. (bewegingsonderwijs) te verbeteren met de introductie van projectgroep L.O.-basisonderwijs. Dat dit project L.O. na 35 jaar nog steeds een project is en opeenvolgende onderwijsministers geen raad weten (wisten) is een schande en geeft aan dat de bewindslieden geen duidelijke visie hadden op bewegen en sport in ons land.

Alhoewel VHP voorzitter en de huidige president van de Republiek Suriname Chandrikapersad Santokhi op 15 mei 2020 tegen DWT zei dat er flink geïnvesteerd zal worden in de sport waarbij o.a. het aanleggen van overdekte sportaccommodaties (sporthallen) zal het ministerie van Sport- en Jeugdzaken ontmanteld worden. Dat betekent veel minder financiën beschikbaar voor beleidsontwikkeling van de L.O. en Sport vanuit de basis.

Suriname had anno 2020 veel verder kunnen zijn indien er jaren geleden was begonnen met een onder directoraat voor de lichamelijke opvoeding (sportonderwijs) en schoolsport en indien er voldoende geld beschikbaar was gesteld van het in 2010 ingestelde ministerie van Sport- en Jeugdzaken met voldoende deskundigen op dit departement. Met ruim 800 personeelsleden waarvan 80% van de begrotingsmiddelen personeelslasten waren (zijn) kon je geen sportbeleid maken (kan). Een grondige evaluatie is nodig om een besluit te nemen of een ministerie of een directoraat efficiënter is. Ook in de periode 2005-2010 toen er voldoende US-dollars (3 miljard) beschikbaar waren heeft de toenmalige regering niets gedaan voor de L.O., schoolsport en sport.

Onderdirectoraat Lichamelijke opvoeding (sportonderwijs)

L.O. is sinds 1965 een verplicht vak bij wet op de basisscholen. Het lager onderwijs is bij wet geregeld. Kinderen tussen 4 – 12 jaar hebben dus het fundamenteel recht op bewegingsonderwijs. Het vak L.O. (bewegingsonderwijs) staat op alle 574 scholen (basis, VOJ – VOS) op het rooster. Dat betekent dat de (vak)leerkracht verplicht is dit onderwijsleergebied te verzorgen. De praktijk ziet er helaas totaal anders uit. De onderwijsinspectie op alle onderwijsniveaus treedt niet op en wordt dit bewegingsonvriendelijk beleid dus gedoogd en voortgezet. Volgens de wet moeten de afgestudeerden van de Pedagogische Instituten ook L.O./ Bewegingsonderwijs op de kleuter- en basisschool verzorgen, maar ook dit gebeurt allang niet meer. Dat betekent dat van de 379 basisscholen met 87461 leerlingen ruim 50% geen bewegingsonderwijs krijgen. Op een deel van de scholen verzorgen leerkrachten van projectgroep L.O.-basisonderwijs dit vak wel. Even slecht gaat met de 152 VOJ-scholen (met 37353 leerlingen). Nauwelijks 50% krijgt L.O. hetgeen betekent dat ruim 18000 leerlingen verstoken zijn van sportonderwijs. Daarnaast is het belachelijk dat dit vak tot en met de derde klas wordt verzorgd. L.O. is dus geen examenvak. Op de MULO is tekenen wel een examenvak. Ook is er een groot tekort aan bevoegde vakleraren L.O.

Van de 43 VOS-scholen met 18579 studenten is L.O. een vak onder de streep. Op de kweekscholen (de nieuwe leerkracht) en het IMEAO is L.O. wel een examenvak. 95% van de vakleraren op VOS-niveau is beperkt bevoegd (MO-A). Het resultaat van deze stiefmoederlijke behandeling is intussen bekend. Dit heeft tot gevolg toename van overgewicht ook bij kinderen, geen nationale schoolsport, geen ontwikkeling bij de zaalsporten (structureel tekort aan sporthallen landelijk) en onder andere hart- en vaatziekten en een stijgende criminaliteit.

Moderne inzichten

Het wordt ook de hoogste tijd dat het traditioneel lesgeven ook in de L.O. met zijn verouderde opvattingen plaats moet maken voor moderne inzichten waarbij o.a. formatieve evaluaties en centraal moeten staan i.p.v. summatieve beoordelingen van leerlingen. Het gaat in L.O. om veelzijdige deelname bekwaamheden in diverse bewegingssituaties die interesse vertonen en motiveren om bewegingsactiviteiten met plezier uit te voeren in de activerende didactiek. De VLOSS werd in het jaar 2000 geassocieerd lid van de Europese lichamelijke opvoeding (EUPEA) en hield diverse workshops in Suriname ook met buitenlandse gastdocenten. De VLOSS zal in 2021 de 25ste Ingrid Overeem memorial VLOSS-wandelloop organiseren.

Ondanks de gouden olympische medaille en het WK goud van Anthony Nesty en de zilveren medaille van Letitia Vriesde op het WK atletiek in Göteborg hebben wij nog steeds geen internationaal zwembad en -atletiekbaan. Intussen is het Kamperveenstadion (al 60 jaar oud) waarbij de FIFA heeft aangegeven dat Suriname zijn thuiswedstrijden buiten Suriname zal moeten spelen (in Miami). Dit stadion voldoet niet aan de internationale standaard eisen.

Instituut Schoolsport

De intensieve schoolsportwedstrijden landelijk van de jaren 70 en 80 zijn allemaal verdwenen. Alleen de zaalvoetbalbond organiseert in Paramaribo het scholen zaalvoetbaltoernooi (jan-april). Ook VLOSS Nickerie houdt een soortgelijk evenement in het rijstdistrict. Project L.O. organiseert ook jaarlijks de basisscholen toernooien in vier takken van sport. Een instituut van de schoolsport zal de effectiviteit verhogen. Ook hier werken we in de omgekeerde pyramide (van boven naar beneden). Sportzaken heeft de afgelopen zeven tot acht jaar wel deelgenomen aan de Consude Spelen, Zuid-Amerikaanse schoolsport wedstrijden voor kinderen van 12 – 14 jaar. Internationaal meten terwijl de schoolsport ontbreekt. Het is net geld pompen in een bodemloze put. De resultaten liegen er niet om.

Sport

Gezien de amateurstatus in onze sport zal het moeilijk zijn te concurreren met andere landen. Voetbal (de SVB) is al enige jaren bezig met de voorbereidingen van een prof. league, maar die verlopen nogal moeizaam. Daarnaast wordt het steeds moeilijker deskundige vrijwilligers te vinden die onbaatzuchtig en eerlijk leiding willen geven aan een sportbond of sportclub. Het zijn enige rijke clubeigenaren die de sport in stand houden en als die de stekker eruit trekken is het gedaan met de club en eventueel de sport. De successen in de sport is eerder te danken aan inspanningen van de atleten, de ouders en de bonden met enkele sponsoren. Met de enorme schuldenlast (± Srd.30 miljard) verwacht de VLOSS de komende jaren geen significante verbetering van het sportonderwijs op school, de schoolsport en sport in ons land. 

Er kan met geen tot weinig financiële middelen op het vlak van sport (L.O.) in ons onderwijs al veel worden gedaan. De politieke wil moet wel aanwezig zijn om de bedroevende plaats om te buigen ten goede van het bewegen, sport, mens en maatschappij.

De preventie om sport, het terugdringen van de hoge medische kosten, de criminaliteit, de terugkeer van waarden en normen en de vele andere voordelen die sport vanaf de school hebben, moeten de beleidsinzichten verruimen voor een beter gebalanceerde Surinamer in de toekomst. Er dient een eigen opleiding voor de sport te komen en wel een Academie voor de Lichamelijke Opvoeding en Sport op HBO en MBO niveau. De opleiding L.O. van het IOL (thans AOL) past in deze moderne tijd niet meer bij dit instituut.

Geen geld nodig

De nieuwe regering kan een frisse start maken voor positieverbetering van de Lichamelijke opvoeding ingaande het nieuw schooljaar die geen geld zal kosten. Enkele voorstellen zijn:

  1. Dat alle ruim 87461 leerlingen op de 379 kleuter- en basisscholen wel verplicht bewegingsonderwijs verzorgd krijgen. Dit onderwijsleergebied wordt dan verzorgd door de (vak) leerkrachten van projectgroep L.O. en de klasse leerkracht (daar waar er geen (vak) leerkracht van project L.O. present is). In de toekomst zullen ook deskundige vakleerkrachten LO dit vak verzorgen in het primair onderwijs.
  2. Het vak bewegingsonderwijs (kleutergymnastiek) moet terug in het rooster van de kleuterschool.
  3. Het begrip Bewegingsonderwijs op de basisscholen eventueel vervangen met “Sportonderwijs”.
  4. Het begrip Lichamelijke opvoeding in het rooster van VOJ- en VOS-scholen vervangen met “Sport” of “Sport en bewegen”.
  5. Sport en bewegen als vak ook te laten verzorgen in alle examenklassen van het VOJ-onderwijs. (dus 1e t/m de 4e klas)
  6. Sport en bewegen tot een keuze- examenvak maken op HAVO en VWO scholen. (Op de driejarige HAVO is dit vakgebied een keuze- examenvak geworden)
  7. Het na- en bijscholen van alle vakleerkrachten die sport op school verzorgen (Nieuwe didactische inzichten zoals de activerende didactiek).
  8. Twee leslokalen ombouwen tot speellokalen. (Zie voorbeeld van de St. Claraschool in Nickerie).
  9. Het instellen van minimaal een afdeling (geen project) Lichamelijke opvoeding van het MINOWC en nog veel meer.

De VLOSS-persdienst,

Iwan Tseng

Voorzitter

Mobiel 08687768

error: Kopiëren mag niet!