Of, dat zegt men. Maar dan zie je een filmpje over een mevrouw en haar kinderen. Dat is mevrouw Dwarka. Ze heeft 5 kinderen, waarvan eentje meegenomen is door de vader, die hun verlaten heeft. Ze wonen in de Ataoellahweg ergens achter in Groot Henarpolder (Nickerie), waar je door de deplorabele staat van de weg niet eens met een auto zou kunnen komen. Haar woning is een klein houten krotje, en daar woont ze in met de 4 overgebleven kinderen en haar ‘adji’. In hetzelfde huisje wonen zelfs, zoals te zien is in het filmpje, ook doksen.
NDP-vlaggen hangen er zat, maar veel goeds heeft dat hen kennelijk niet gebracht. Er zijn ook veel schapen, maar die zijn van iemand anders. Voor een “salaris” van SRD 150 per maand moet de 11-jarige zoon, die niet naar school gaat, voor die schapen zorgen. Er is ook een meisje van 13, dat na zesde klas glo afhaakte, en een jaar of twee ouder meisje, dat tot de eerste klas van mulo ging, maar dat ook moest laten varen, want: schoolgaan kost geld. Dan is er de jongste, die kleutert.
Stroom en water hebben ze niet, koken doen ze op houtvuur, en de pot schaft vandaag rijst met zout…geen groenten, geen vlees of vis, want dat hebben ze niet. Moeder en 4 kinderen slapen in 1 ruimte, die je geen kamer zou durven noemen, en die het enige vertrek van dit “huis” is. Adji slaapt op het enige andere bed onder een afdakje tussen de doksen. Een vliering is er niet, dus men woont en leeft direct onder de zinkplaten, en wie anders gewend is zal wel begrijpen hoe dat aan moet voelen. En toch zijn er mensen die zeggen: “in Suriname is er geen armoede…”