De Jachtopzieners Vereniging is ontevreden over het beleid van de directeur van het ministerie van ROGB. Naar de bevindingen van de vereniging speelt willekeur vooral bij de bevorderingen een heel grote rol. Zonder motivering is een heel klein deel van de jachtopzieners in hogere functies geplaatst, en daarbij heeft men verzuimd om de hiërarchische volgorde in acht te nemen. Dit kan voor structurele problemen zorgen onder het personeel. Bevorderingen voor de jachtopzieners, die al langer dan 8 jaren in dienst zijn en nog steeds in dezelfde schaal zijn als toen ze in dienst aantraden, zijn aangehouden. Het ontbreken van elementaire voorzieningen, zoals beschermende kleding en schoeisel, komt veelvuldig voor. Ook het niet ter beschikking stellen van Covid-beschermingsmiddelen speelt een rol. Elke keer moet worden gebedeld om middelen, zoals brandstof en transport, om het werk te kunnen doen, terwijl het gaat om reguliere taken.
Het beleid ten aanzien van het behoud en de bescherming van de natuur, is sedert het aantreden van de directeur verder onder het nulpunt gedaald. Beleid omtrent natuurbeheer is geen prioriteit op het ministerie, waardoor het werk systematisch onmogelijk wordt gemaakt en waarbij de jachtopzieners de schuld krijgen van het falend beleid. Een aanpassing van de daggelden en overwerk, dat zolang was uitgebleven, is pas bij het aantreden van minister Soerdjan in goed overleg aangepast van SRD14 naar SRD 50 per dag. “Welke ambtenaar zou voor SRD 14 per dag voor dekking van gemaakte kosten zijn huis en haard willen verlaten?” Er is jaren gesproken over de aanpassing, welke de jachtopzieners weer in staat zou stellen om optimaal in het veld te zijn, door de kosten te kunnen dekken die worden gemaakt bij het langer verblijf in het veld. De jachtopzieners hebben moeten concurreren met het directoraat Grondzaken, die wel alle voorzieningen kregen om hun werk te doen, en ook wel honderden uren aan overwerk kon boeken. Het werk van de jachtopziener is veldwerk en is meestal in afgelegen gebieden. De aanwezigheid van de jachtopzieners is vereist in de weekeinden, de feestdagen, en de nachtelijke uren, omdat de bedreigingen en de bezoekers van de natuur het grootst is. De reguliere controle en beheerswerkzaamheden zijn systematisch onmogelijk en moeilijk gemaakt, waarbij de jachtopzieners het verwijt kregen van de zaken die niet goed liepen. Middelen werden pas beschikbaar gesteld als de zaken in de publiciteit kwamen, terwijl intern de zaken reeds lang waren gerapporteerd en door de jachtopzieners om actie werd gevraagd.
De Jachtopzieners Vereniging heeft gemeend nu naar buiten te treden, omdat zij dit altijd in overleg met haar werkgever wenst te doen. De situatie verband houdende met het vertrek van de minister werd hen te veel. “Het overleg met hem verliep heel positief, maar het is nu op een dood spoor beland. Nu zijn de vooruitzichten om middels overleg een oplossing te brengen, volledig verdwenen. De directeur heeft nooit de jachtopzieners durven te spreken. Die was totaal vervreemd van haar personeel. Naar het schijnt is ook de rest van het personeel van het ministerie ontevreden, als we kijken naar de rechtszaken die door personeelsleden zijn aangespannen tegen haar besluiten, die zij allemaal verliest.”
Willen overleg met toekomstige beleidsmakers
Het gaat niet goed met de natuurbescherming in Suriname. De jachtopzieners, die het verschil zijn tussen een bescherming op papier en een daadwerkelijke bescherming, hebben hun werk buiten hun schuld om niet kunnen doen en worden nu onterecht rancuneus behandeld. “We hopen met dit bericht de aandacht van de huidige president en de komende regering te krijgen voor dit probleem en wensen in alle rust overleg met de huidige en toekomstige beleidsmakers te voeren.
De jachtopzieners hebben na lange tijd hun stilte verbroken, omdat er geen zicht meer is op objectief overleg op het ministerie”, aldus de Jachtopzieners Vereniging.
Saskia Bandhan